Spring naar inhoud

Posts from the ‘Zonder categorie’ Category

Dalmore 14y 1996, Master of Malt

De derde sample die ik van Master of Malt ontving, is een eigen botteling van hen, de Dalmore 14y 1996/2011 Master of Malt. Ook verkrijgbaar in 3cl flesje dus.

 

Dalmore 14y 1996/2011, 55.5%, Master of Malt, refill hogshead
Frisse neus op granen, vanille en fruit. Dat fruit is gele appel, citroen en limoen. Hooi heb ik ook. Niet slecht, maar simpel. De smaak ligt in het verlengde van de neus, met citrus, granen en hooi. Hier aangevuld door kruiden zoals peper en gember en alcohol (eau de vie). Kan volgens mij wel wat water gebruiken. Met water inderdaad meer fruit, zeker op de smaak, hij wordt er een beetje minder scherp door. Middellange afdronk, kruidig met een beetje fruit erdoorheen. Citrus en abrikoos. Niet slecht, zeker niet, maar een foutloze whisky is daarom nog niet lekker. A ja, volgens Master of Malt is dit een sherryvat… really? Ik durf het in ieder geval niet vermelden, laat het ons op refill hogshead houden. 77/100

Tasting met Jim McEwan

Op vrijdag 9 december organiseert Fulldram samen met The Nectar in Leuven een tasting met niemand minder dan Jim McEwan. Dit zal waarschijnlijk de laatste keer zijn dat hij naar België komt.

Voor diegenen onder jullie die Jim niet kennen, hij is geboren en getogen op Islay, en een legende in de Schotse whiskywereld. Vroeger Distillery Manager van Bowmore en vandaag Master Distiller van Bruichladdich. Begonnen op z’n 15e als leerling-kuiper bij Bowmore en ondertussen bijna 50 jaar ervaring in de industrie. Er zijn weinigen met een even grote kennis over whisky en er zijn er nog minder die even gedreven over het product praten als hij.

De whisky’s die Jim ons zal laten proeven, zijn stuk voor stuk pareltjes, de éne al verrassender als de andere:

  • Bruichladdich 5y, 50%, Murray McDavid by Jim Murray, for the 5th anniversary of The Nectar, enhanced in Chateau d’Yquem Sauternes casks, 500 bottles
  • Bruichladdich 18y 1992 Calvados finish, 46%, OB 2011 for The Nectar, 270 bottles
  • Bunnahabhain 33y 1976/2010, 49%, Murray McDavid, Celtic Heartlands, 465 bottles
  • Caol Ila 30y 1980/2010, 51.9%, Murray McDavid, Celtic Heartlands, 1017 bottles
  • Glenlivet 33y 1977/2010, 47.7%, Murray McDavid, Celtic Heartlands, 1358 bottles
  • Bruichladdich 32y 1977/2010 ‘MCMLXXVII’, 47.4%, OB, DNA2, 844 bottles

 

Jullie zijn welkom op 9 december 2011 om 20u in Sportoase, Philipssite 6, 3001 Leuven.

Inkom: 60 euro

Inschrijven kan via whisky@fulldram.be. Let op: je inschrijving is pas bindend na betaling van 60 euro op rekeningnummer 063-4514511-69 (IBAN: BE71 0634 5145 1169, BIC: GKCCBEBB). Gelieve als mededeling bij je betaling ‘McEwan’ te vermelden, alsook je naam en voornaam, emailadres en telefoonnummer.

Spirits in the Sky revisited

Een geslaagde editie van Spirits in the Sky achter de rug, zaterdag vier uur gewerkt en twee uur (redelijk geconcentreerd) geproefd. Daarna een gezellig etentje in restaurant Bleu Noir in Leuven met de rest van de organisatie en de standhouders, gevolgd door enkele bijzonder bieren in café De Metafoor.
Van enkele whisky’s van het festival heb ik een sample mee naar huis genomen, die ik binnenkort zal bespreken. Van de nieuwe bottelingen zijn me bijgebleven:

  • Strathmill 37y 1974 The Nectar of the Daily Drams: succulent fruitige whisky.
  • Glen Grant 1972 The Whisky Agency Private Stock: erg lekkere Glen Grant.
  • Glenallachie 1973 Malts of Scotland: ook zéér lekker.
  • Clynelish 1982 Malts of Scotland: Clynelish 1982, geen verdere commentaar nodig.
  • Bunnahabhain 1968 The Whiskyman (nog niet gebotteld, bespreking volgt).
  • Highland Park 30y 1981 The Whisky Agency (nog niet op de markt maar al wel uitverkocht, ik proefde reeds twee maanden geleden een cask sample, bespreking volgt).
  • The Balvenie Tun 14.01: vatting van tien sherry- en bourbonvaten van verschillende leeftijden, hoed af voor de blender.

En natuurlijk een aantal oude bottelingen bij de Dutch Connection waaronder een lekkere Royal Lochnagar Selected Reserve, een zeer lekkere Lagavulin 1988 (die ook op de Happy Masterclass geschonken werd) en een indrukwekkende Brora 1971 (bespreking volgt uiteraard).

Spirits in the Sky

Dit weekend vindt de vierde editie plaats van Spirits in the Sky (derde maal in Leuven), het festival in mijn achtertuin dat draait rond allerlei kwaliteitsdistillaten zoals rum, cognac, grappa, calvados en natuurlijk overvloedig veel whisky. Net zoals vorig jaar tekent een plejade aan standhouders present en zijn er ook een aantal zeer interessante masterclasses.
Plaats van gebeuren is Sportoase te Leuven, en zowel zaterdag 5 als zondag 6 november openen de deuren om 13u en sluiten ze om 19u.
Toegangsprijs is 15 euro en dit is inclusief een degustatieglas en 5 diamonds waar je drams mee kan kopen. Meer info over het festival vind je hier.

Lindores Whiskyfest 2011

Bekomen van het Lindores Whiskyfest zat er niet echt in met een iets te stevig gevulde zondag en gisteren een Fulldram tasting na een lange werkdag. Maar wat was het goed! Het gezelschap, de verhalen, het plezier, een meer dan aangename aankondiging, en natuurlijk de whisky’s… Deze die het meeste indruk op mij gemaakt hebben, waren de Highland Park 30y 1956 G&M for Intertrade, de Dunaverty 12y, de Karuizawa 1967, de Port Ellen 1969 G&M, de Glenfarclas 21y 51.5% for Giaconne, de Springbank 25y dumpy for Japan, de Macallan 10y Full Proof for Giovinetti, de Highland Park 1961 ‘Dragon’, de Glendronach 25y 1963 OB Hiram Walker, de Benriach 1976 for LMdW (alhowel de 1976 for Taiwan niet veel onder moest doen), de Benriach 1975 Asta Morris, de Johnny Walker Red Lable early 1920’s, de Morlach 1936 G&M, de Tamdhu 42y 1958 Hart Brothers en een wel erg bijzondere cask sample: een Glenfarclas 1965 die reeds in het bezit is van een zekere Luc Timmermans. Zelfs naast de hoger vermelde 21y for Giaconne verbleekte hij niet. Cult in the making.

Het was dus een dagje puur genieten. Het aftellen naar editie 2012 kan beginnen…

The Whiskyman

The Whiskyman is de naam waarmee Dominiek Bouckaert zich whiskygewijze door het leven begeeft. Onder die naam importeert hij Malts of Scotland in België en verdeelt hij de Thosop handwritten bottelingen. Maar selecteren en verdelen is één ding, als je zo gepassioneerd bent door whisky als hij, is het een natte droom om een volledig eigen label in de markt te zetten. En zo geschiedde. Na enkele maanden denkwerk, vatenselectie, labelontwerp en weet ik veel wat nog allemaal, is hier het resultaat. Een Port Ellen 1983… hij zet dus meteen erg hoog in. Een statement, ongetwijfeld. En geef toe, als deze eerste whisky even knap is als het label (I just love it!), dan schiet hij hiermee recht in de roos.
Uit het label kan je afleiden dat Dominiek niet alleen een gepassioneerd whiskyliefhebber is, maar een minstens even gepassioneerd muziekliefhebber. Volgende bottelingen onder dit label zullen een variant zijn op dit thema (andere kleuren, andere variaties op song titles).

Bon, de whisky nu. Ik zet ‘m naast de Port Ellen 1983 Malts of Scotland en de Port Ellen 1982, DR for The Nectar, de lat ligt dus hoog. Maar ik proefde deze whisky reeds eerder en weet dus in welke gewichtsklasse hij speelt.

 

Port Ellen 27y 1983/2011 ‘While My Whisky Gently Weeps’, 55.5%, The Whiskyman, 120 bottles
O ja, de neus van deze Port Ellen zit alvast meteen goed. Ho, goed is hier echt wel een understatement! Vol, romig, zoet, fruitig, ziltig en zesty. En complex! Waar te beginnen? Met het zeekarakter bijvoorbeeld. Zilt dus, maar ook jodium en zeewier. Dan het fruit. Ik had het over ‘zesty’, ik bedoel dus de schil van allerlei citrusfruit. Limoen, citroen, sinaas. Zonder dat het bitter is, eerder zoet, gesuikerde zeste. Pompelmoes met griessuiker. De schil van groene appels. Naast de suiker ook vanille, marsepein en fudge qua zoets. Wat nog? Euh, wat te denken van kruiden? Nootmuskaat bijvoorbeeld, en kaneel. Een licht mineralige toets ook. En natuurlijk de rook: lichte rook, van een houtvuur, kampvuur en een toefje turfrook. Prachtig! En complex, ik vermeldde het al. Ook op de smaak is ie dat. Romig, olieachtig mondgevoel. Zoet (marsepein, nougat), fruitig (citroen en limoen), zilt en kruidig (gember, peper, kaneel). Een beetje eik, hazelnoten en pompelmoes zorgen voor een erg aangename bitterheid. De kruiden komen meer naar voor, en pas daarna laat de turfrook zich gelden. Die turf blijft dan wel lang hangen, net als de citrus en het zilt. Zoute drop. Pfff, wat een heerlijke whisky. Oké, het is een profiel waar ik behoorlijk wild van ben, maar zelfs binnen dit profiel is dit bij het beste wat ik al dronk. 92/100

Hij is een stuk complexer dan de Malts of Scotland (die ik al erg lekker vond, 90/100), hij is gelaagder en gaat dieper, en hij kan perfect naast de Dewar Rattray for The Nectar gaan staan, wat echt wel een prestatie is.

Goud!

Een kort berichtje tussen de reviews door: naast een resem andere prijzen (twee gouden, één zilveren en één bronzen medaille, én de grote winnaar in de categorie Island non-Islay) heeft Malts of Scotland nog een derde gouden medaille in de wacht gesleept, ééntje die mij toch wel erg dierbaar is: goud voor de, nee, voor ONZE Auchentoshan 1999 Xmas bottling (Malts of Scotland for Fulldram).
Alle winnaars en medailles vind je hier.

Bruichladdich 28y 1970, Old Malt Cask

Het wordt tijd dat ik eens de Bruichladdich 1970 OB (44.2%) proef, volgens velen de beste Laddie ever. Maar intussentijd moet ik het doen met een andere 1970’er, eentje gebotteld door Douglas Laing in z’n Old Malt Cask reeks. Ook niks mis mee.

 

Bruichladdich 28y 1970/1999, 50%, DL Old Malt Cask, 199 bottles
Dit is een erg complexe en subtiele Bruichladdich. Op de neus kruiden en fruit, vermengd met zachte rook en een lichte farmy toets. Nat hooi en zo. Qua fruit denk ik aan perziken, abrikozen, peren en meloenen. Maar zoals gezegd zeer subtiel allemaal. Super! De smaak is romig en zoet op de abrikozen en de perziken van de neus maar ook banaan. De kruiden komen vooral naar het einde en in de afdronk opzetten. Nootmuskaat. Een topper deze Bruichladdich. 90/100

Duizend

Wel, bijna toch. Vrijdag publiceerde ik mijn 999ste proefnotitie. En dat na drie jaar en drie maanden Onversneden. Time flies. Ik heb dan ook wat lekkers (en ja, dat is een understatement) klaar staan, maar daarover later meer. Ik wil immers van de gelegenheid gebruik maken om een soort van round-up te maken van Onversneden. Sommige bloggers geven bij het begin van een nieuw jaar een overzicht van hun bezoekersaantallen en dergelijke van het voorbije jaar, ik heb dat tot op heden nooit gedaan, omdat ik er niet direct de meerwaarde van inzag. Of wou inzien, want ik krijg daar toch regelmatig (nee, dat is gelogen, af en toe) vragen over. Vandaar dat ik de gelegenheid te baat neem om eens wat cijfers de ether in te gooien, zonder het evenwel te kunnen laten daar enkele al dan niet zinvolle bedenkingen bij te formuleren.

 

Bezoekersaantallen. Tricky! Sommigen geven zogenaamde pageviews of bezichtigingen, andere bezoeken, nog andere unieke bezoekers. Het is dus niet altijd even evident appels met appels te vergelijken. Indien jij vandaag drie maal Onversneden bezoekt, de eerste keer twee pagina’s opent, de tweede keer één en de derde keer vier, zijn dat zeven bezichtigingen, drie bezoeken en één unieke bezoeker. Spijtig genoeg heb ik geen cijfers over het aantal unieke bezoekers, daarvoor moet je Google Analytics of andere site stats in je pagina’s hebben staan, wat ik niet heb. Soit, bezichtingen en bezoeken dus. Onversneden genereert tussen de 500 en de 800 bezichtigingen per dag, met de laatste maand een gemiddelde van 588. Aan gemiddeld 1,4 bezichtigingen per bezoek geeft dit meer dan 400 bezoeken per dag. Rekening houdend met het feit dat het Nederlands het hinterland ervan behoorlijk inperkt, overtreft dit eerlijk gezegd mijn stoutste dromen.

Omwille van die taal merk ik dat de pagina’s regelmatig worden vertaald. De top-3 van talen zijn niet echt verrassend te noemen, nl. Engels, Duits en Japans. Ook Chinees, Frans en Zweeds scoren niet slecht. Een aparte vermelding verdient echter Swahili. No kidding, weliswaar buiten de top-10, maar toch. Swahilli! Ik stel me dan de Keniaanse savanne voor, een local die zich Hakuna-Matata-gewijze tegen een baobab vlijt en op z’n laptop http://www.onversneden.com intikt (of nee, uit z’n favorieten selecteert). De realiteit is ongetwijfeld een stuk prozaïscher, maar sta me toch toe dit beeld even te koesteren.

 

Bezoekduur. Ook tricky! Er moet immers een onderscheid gemaakt worden tussen de gemiddelde bezoekduur en de tijd dat de gemiddelde bezoeker op de site blijft hangen. Voorbeeld: indien er van de laatste 100 bezoeken een bezoeker 2 uur op Onversneden zit en de andere 99 telkens een tiental seconden, krijg je een gemiddelde bezoekduur van 1 min. 22 sec. terwijl de gemiddelde bezoeker maar 10 seconden op de blog blijft. De gemiddelde bezoekduur op Onversneden is trouwens 2 minuten en 26 seconden.
Maar als ik het voorbeeld van daarnet concretiseer en de laatste 100 bezoeken nader bekijk, zie ik dat 41 van de 100 bezoeken geregistreerd staan als een 0 seconden bezoek. Een 0 seconden bezoek is een niet relevant bezoek, ééntje met een duur van minder dan vier seconden. Typisch en ongetwijfeld herkenbaar: Onversneden openen, zien dan er niets nieuws gepubiceerd staat en onmiddellijk weer weg. Of nog: zoekopdracht ‘mest schapenstal te koop’ in Google ingeven, resultaat ‘Brora 1972’ aanklikken, en met gefronste wenkbrauwen weer teruggaan naar de zoekresultaten.
Daarnaast zijn er 24 bezoeken met een duur tussen 4 en 10 seconden. Typisch: pagina openen, lezen over welke whisky het gaat, conclusie en score lezen en weer weg. Toch is de gemiddelde bezoekduur van die laatste 100 bezoeken 4 minuten en 11 seconden omwille van een paar lange bezoeken van meer dan een uur en één van 2 uur en 36 minuten (get a life!). De mediaan echter is een bezoek van 8 seconden. Het is dus belangrijk te weten wat je meet.

 

De populairste pagina is de home page, gevolgd door ‘geproefd’, wat niet hoeft te verbazen omdat er van daaruit veel genavigeerd wordt. Daarna volgen Whisky Top 20, Japan, Over en Whiskytermen.
De populairste zoektermen zijn ook weinig verrassend: onversneden, whisky kopen, whisky top-10, whisky tasting notes, japanse whisky, onversneden whisky, beste whisky, whisky besprekingen, whisky veiling, duurste whisky, whisky reviews… maar bv. ook Duvel distilled deed het goed, net als Lagavulin, Brora, Clynelish, Bowmore, The Belgian Owl, Bruichladdich, Ardbeg, Benriach, Laphroaig, Glenfarclas, Springbank en Port Ellen. Diageo, Douglas Laing, Blackadder (hier zitten ongetwijfeld een hoop mensen tussen die niet begrijpen hoe ze hier terecht zijn gekomen), Rare Malts, Samaroli, Signatory, Malts of Scotland, La Maison du Whisky, Gordon & MacPhail, Duncan Taylor, Dewar Rattray zijn ook populair. Ook op een zekere Luc Timmermans wordt veel gezocht. Zou die iets hebben met whisky misschien?

 

De whisky’s die tot vandaag het meest aan bod zijn gekomen, zijn Caol Ila (36), Bowmore (32), Ardbeg (31), Laphroaig (30), Brora (28), Clynelish (27), Port Ellen (27), Glenfarclas (26), Benriach (26), Springbank (26), Highland Park (24) en Longmorn (21). Ik kan niet onder stoelen of banken steken dat mijn persoonlijke voorkeur enigzins meespeelt in het selecteren van whisky’s. Zo geweldig veel Brora wordt er immers niet meer gebotteld, maar je moet al erg je best doen om geen Caol Ila, Laphroaig, Clynelish of Bowmore tegen te komen.

 

Voila, tot zo ver deze kleine round-up. Er rest mij jullie enkel nog te bedanken voor de online bezoeken. Zoals gezegd ga ik me de komende dagen wat lekkers inschenken, laat je niet weerhouden dit zelf ook te doen. Op het onversneden zintuiglijk genot dat whisky ons dag in dag uit verschaft!

 

Malts of Scotland & Handwritten label Redux

Wereldschokkend is het niet, in de vaart der volkeren is het het vermelden niet waard, maar in het Belgische whiskywereldje zullen toch wel enkele wenkbrauwen worden gefronst. Luc Timmermans heeft immers besloten te stoppen met het importeren van Malts of Scotland én met zijn handwritten label. Dit label heeft op korte tijd een stevige reputatie opgebouwd, een reputatie op basis van stuk voor stuk schitterende bottelingen.
Maar wat nu? Geen Malts of Scotland meer te krijgen in ons land? R.I.P. Handwritten Label? Geef toe, het zou even slikken zijn. Nee hoor, het goede nieuws is dat beide activiteiten vanaf volgende maand in andere en misschien wel even goede handen terecht komen, nl. in deze van Dominiek Bouckaert. Dominiek neemt deeltijds loopbaanonderbreking en maakt van z’n hobby (passie is een beter woord) deels z’n beroep. Ik geeft toe dat de “misschien wel even goede handen” de lat meteen erg hoog legt, maar laat me zeggen dat ik daar het volste vertrouwen in heb.
Dominiek, van harte veel succes met je nieuwe geestrijke activiteiten! En luc, de volgende uitdaging lonkt ongetwijfeld al om de hoek.

Op een geestrijk nieuw jaar

Voor we morgen het feestgedruis achter ons laten, wens ik jullie allen een inspirerend, gelukkig, zorgeloos en geestrijk 2011. Een jaar vol liefde, vriendschap en een gezonde portie onversneden whiskywaanzin.

 

Glenlivet ‘Special Export Reserve’

Tijd om het Kerstgebeuren achter ons te laten en de draad weer op te pakken. Omdat ik in gedachten toch nog wat in Mortsel zit, heb ik me vandaag een oldie ingeschonken, een oude Glenlivet zonder leeftijdsaanduiding, gebotteld rond 1970. Ik kocht de rest van de fles van Giovanni Giuliani op het Lindores Whiskyfest twee maanden geleden. Nu ja ‘rest’, de fles was nog zo goed als vol.

 

The Glenlivet ‘Special Export Reserve’, 43%, OB ‘unblended all malt’, Baretto Import, Milano, +/- 1970, 75cl
Héél lekkere, smeuïge neus zonder het minste old bottle effect. Kamillethee met honing, limoen, hooi, heide, wat graan en een licht florale toets. Daarna draait hij richting bijenwas en kaarsvet. Zalig! In de verte ook een klein beetje rook. Houtskool, turf… maar zeer subtiel. De smaak kan dit niveau spijtig genoeg niet aanhouden, hij mist hier wat punch, wat body. Alhoewel dit verre van slecht is hoor. Zoet en floraal maken de hoofdtoon uit, diezelfde kamillethee met honing van de neus. Licht waxy en dito rokerig. Hier wél iets van OBE. Zilverpoets, een beetje bitter. Pompelmoes. Met griessuiker. Verrassend lange, bitterzoete afdronk. De honing proef je een half uur later nog. Lekker op de tong, heerlijk op de neus. 86/100

Malt Maniac Awards 2010

Een mailtje van Johannes van den Heuvel deze ochtend meldde de uitslagen van de Malt Maniac awards 2010. Ik ga deze niet in detail analyseren, hier kan je alles uitpluizen. Elf maniacs proefden en scoorden liefst 262 whisky’s blind (daar moeten we toch van uitgaan), waarvan er 219 een medaille kregen. Brons gaat naar gemiddelde scores van 80 en meer, zilver naar gemiddelde scores van 85 en meer. De twaalf winnaars van een gouden medaille (score van 90 en meer) zijn:

  • Glendronach 38y 1972/2010, 49.5%, OB, Taiwan Import, cask 700
  • Longmorn 1964/2010, 45%, G&M for LMDW, cask 1034
  • Macallan 1970/2010, 46%, G&M for LMDW, cask 10031
  • Karuizawa 32y 1977/2010 ‘Noh’, 60.7%, Number One Drinks, cask 4592
  • Karuizawa 1975/2010, 61.8%, OB for LMDW, cask 6736
  • Glengoyne 37y 1972/2010, 57%, The Perfect Dram, refill sherry wood
  • Kawasaki ‘Ichiro’s Choice’ 1982/2009, 65.4%, OB for LMDW, refill sherry
  • Glenfarclas 40y, 46%, OB 2010
  • Caperdonich 37y 1972/2010, 53.4%, DT Rare Auld, cask 7420
  • Glen Scotia 33y 1977/2010, 57%, A. D. Rattray, Sherry, cask 985
  • Karuizawa 32y 1976/2009 ‘Noh’, 63%, Number One Drinks, cask 6719
  • Port Ellen ‘Pe2’, 59.5%, Speciality Drinks Ltd. 2010

Opvallend is dat het hier bijna uitsluitend gaat om sherryvaten, enkel van de Caperdonich ben ik niet zeker. Wat nog opvalt, is de dominante aanwezigheid van La Maison du Whisky, stilaan een constante – ze weten daar hun vaten te selecteren, en van Karuizawa, die door ons aller Bert van de eerste plaats werd gehouden – ook dat lijkt een constante te worden.

Van bovenstaand lijstje besprak ik reeds de Glen Scotia 1977 van A. D. Rattray en kan het niet vreemd vinden dat hij erbij staat. Ook de Glenfarclas 40y staat hier meer dan terecht tussen. Dat Glendronach 1972 waanzinnig goed kan zijn, wisten we al, en dat zal ik hier volgende week bevestigen met een zustervat van de absolute winnaar.

Blitzbezoek Schotland

Eind vorige week bracht ik een wel zeer kort bezoekje aan een regenachtig Schotland. Samen met negen andere bloggers was ik door Inver House (International Beverage) uitgenodigd om enkele van hun distilleerderijen te bezoeken. Inver House is eigenaar van de distilleerderijen Pulteney, Speyburn, Balblair, Knockdhu en Balmenach. Deze laatste brengt evenwel geen single malt whisky uit, er bestaan wel enkele onafhankelijke bottelingen van. Ook de vatted malt Blairmohr en enkele blends zoals Hankey Bannister en MacArthur’s zitten in hun portefeuille.
Woensdag stond Pulteney op het programma, maar daar kon ik helaas niet bij zijn omdat ik pas woensdagavond laat ter plekke geraakte (het probleem van te werken voor een baas), donderdag stond Balblair en Knockdhu op het programma. Omdat ik me vrijdag wel kon vrijmaken, heb ik er nog een half dagje Edinburgh aan vastgeplakt.

 

Na een reisje van een dikke twaalf uur met auto, vliegtuig, vliegtuig, taxi, trein, trein en nog eens taxi, arriveerde ik iets voor middernacht in het statige Morangie House Hotel in Tain en maakte kennis met mijn reisgenoten: Lucas & Chris van Edinburgh Whisky Blog, Jason van Guid Scotch Drink, Mark van het Whisky Whisky Whisky forum, Keith van Whisky Emporium, Matt & Karen van Whisky for Everyone, James van Scotch Odyssey Blog, Ben van Master of Malt Whisky Blog en Cathy James van Inver House. Nadien een slaapmutje (of beter, twee slaapmutsjes) en dan onder de lakens. Goed geslapen, mooi hotel… maar wat echter het meeste indruk gemaakt had die eerste dag, was de fish & chips tijdens het wachten op de trein van Aberdeen naar Inverness.

Hoe je dat als Schot wekelijks, laat staan meermaals per week binnenkrijgt, het is me een raadsel. En ik die dacht dat vis eten gezond was. De vis, de fritten, alles druipend van het vet. Je kan het papier waarin alles gewikkeld is, nadien gewoon uitwringen. En dat vet is geen plantaardige olie, nee, puur varkensvet (lard). Je eet enkele happen en je zit meteen vol. En neen, de cheeseburger is geen alternatief… wat ze ginds een cheeseburger noemen, zouden wij omschrijven als cheeseburgerbeignets. De witte kleverige substantie die uit het vlees druipt moet dan doorgaan voor de kaas.

Soit, morgen en overmorgen ligt de nadruk op het lekkers, je leest hier dan een verslagje van de bezoeken aan Balblair en Knockdhu en mijn – soms verrassende – indrukken van hun whisky’s.

S.O.S. – Spirits of the Sea

Dit weekend, zaterdag 30 en zondag 31 oktober vindt in Koksijde de eerste editie van het Spirits of the Sea festival plaats. Het is een festival dat zich meteen behoorlijk ambitieus toont: je kan whisky’s ontdekken bij een pak exposanten (waaronder The Nectar, La Maison du Whisky België, Cinoco, Premium Spirits, Whisky Import Belux, Thosop en Jurgens Whiskyhuis), je kan masterclasses volgen (Private Bottling van Corman Collins, Malts of Scotland, Discover Japan, Initiatietasting, Koken met whisky, Cocktail academies, etc.), je kan er Islay whisky ice cream (!) proeven, je kan er andere spirits zoals rum, cognac of armagnac ontdekken,… de kans dat je je er gaat vervelen, lijkt me bijzonder klein. Er is een festivalbotteling, een Connemara single cask.
Luc Timmermans zal er ook drie gloednieuwe en in mijn ogen veelbelovende Malts of Scotland presenteren: een Port Charlotte 2002, een Caol Ila 1981 en een Ledaig 1998.

Een nieuw initiatief verdient altijd een hart onder de riem en vooral veel bezoekers, allen daarheen dus. De temperaturen zouden meevallen, je kan het uitstapje perfect combineren met een strandwandeling of samen met het gezin naar zee trekken (“hé schatje, hier is een whiskyfestival, wat een toeval”).

Must read

Zondagnamiddag met een niet al te frisse kop maar een toch lichtjes euforisch gevoel het Lindores Whisky Fest achter me gelaten. Ik heb er een aantal sampleflesjes afgevuld en wat flessenresten gekocht. Daar zit o.a. tussen: Bruichladdich 15y ‘Mayflower ‘80’ Samaroli, Ardbeg 1975/1989 J. Gordon for Auxil, Glen Cawdor 32y 1951 Samaroli, Glenlivet Special Export Reserve 1970’s, Glendronach 8y 1972, Bruichladdich 17y Moon Import, een super bourbon van de jaren ’70… whisky’s die je hier vanaf midden november zal zien verschijnen. Ik heb eerst nog wat ander spul klaar staan dat ook schreeuwt op geproefd te worden.

Vandaag evenwel geen review, wel wat leesvoer: een Malt Maniacs E-Pistle van Kasper Valentin. Valentin studeert binnenkort af als Moleculair Bioloog en vanuit die achtergrond beschrijft hij – op moleculair niveau dus – hoe whisky z’n geuren en smaken krijgt en waarom twee verschillende whisky’s nooit hetzelfde kunnen smaken. Enorm leerrijk, een must read: The Chemistry of Whisky.

The National & Port Ellen 1976

Al nippend aan een Port Ellen 1976 van Signatory luister ik naar High Violet van The National. High Violet is het vijfde reguliere album van deze band uit Brooklyn. Ontstaan uit de overblijfselen van de groep Nancy – die maar één plaat uitbrachten – debuteerde The National in 2001 met hun gelijknamig plaat, maar het was wachten tot Alligator uit 2005 voor ze echt opgepikt werden en tot High Violet voor ze ook bij een breder publiek doorbraken.
De groep brengt een soort indie-rock, maar de stijl laat zich nog het beste omschrijven als een kruising tussen Joy Division, Sufjan Stevens en Tindersticks. Tegendraads commercieel. Zanger Matt Berninger schrijf de – vaak geëngageerde – teksten. Dat engagement uitte zich ook in de steun voor Barack Obama’s presidentiële campagne in 2008 en een resem benefietconcerten voor verchillende goede doelen.
Momenteel speelt Conversation 16, wat ik samen met Afraid of Everyone, het beste nummer van het album vind.

 
Port Ellen 22y 1976/1999, 55.9%, Signatory, cask 4756, 348 bottles
Zeer herkenbare Port Ellen. Frisse, cleane en licht medicinale neus op zilt, turf, iodium, ontsmettingsmiddel, gras, appelsap en vanille. In de smaak voegt hij een lekkere kruidigheid toe. Peper, kaneel, gember. Vrij zoet. Erg geconcentreerd en perfect gebalanceerd allemaal. Niet veel zin om dieper te graven maar wel meteen te concluderen met… euh, de conclusie: een schitterende PE! Alhoewel, toch nog even de zoete en kruidige afdronk vermelden, want die blijft wel heel lang hangen. 92/100

WWWF

Zoals vermeld, heb ik me zaterdag richting Kortrijk (het Belgische Wilde Westen) begeven voor een bezoek aan het Wild West Whiskyfest. Des avonds keerde ik meer dan tevreden – en met het hoofd wat in de wind – huiswaards, het was immers een zeer geslaagde tweede editie. Dit is echt een festival waar zowel nieuwelingen als gevorderden hun hart kunnen ophalen. Chapeau aan Bert en de zijnen voor de perfecte organisatie!

Wat deze tweede editie naar een nog hoger niveau tilde dan de eerste editie is ongetwijfeld de aanwezigheid van seniore Max Righi. Net zoals op het Lindores Whiskyfest had Max z’n stand verzorgd met antipasti. Salame, prosciutto, zalige oude Parmigiano overgoten met balsamico… de ideale begeleiders van sublieme oldies, zoals daar zijn: Macallan 1937, Bruichladdich 15y Samaroli Collection Mayflower ’80 ceramic, Glen Moray 1959 Samaroli, Caol Ila 15y bottled early 1980’s for Italy (de lelijkste kruik ever)… er bleef gewoon te weinig tijd over voor de andere stands. Alhoewel ook op die andere stands heel wat lekkers te proeven viel. Kortom, ik hou het eerste weekend van juni 2011 al zeker vrij.

 

En dan nu, hop naar de Fulldram Supertasting. Benieuwd wat Mister T. uit z’n hoed gaat toveren.

Wild West Whiskyfest 2010, editie II

Volgend weekend vindt de tweede editie van het onvolprezen Wild West Whiskyfest van Bert Bruyneel en de zijnen (V.C.W.C) plaats. De eerste editie was meteen een schot in de roos vond ik, dus ook dit jaar zullen we richting Kortrijk bollen. Mijn ervaring was dat dit festival zowel nieuwelingen als meer ervaren liefhebbers kon bekoren en dus een goede mix bood tussen standaardbottelingen en het zeldzamere werk. Ik ga er van uit dat het dit jaar niet anders zal zijn.
Als Bert z’n ‘experiment’ nog eens uit de kast haalt – en ik meende van hem begrepen te hebben dat dit effectief het geval zou zijn – zeker doen. Je proeft dezelfde whisky waarvan speciaal voor deze gelegenheid een deel niet koud-gefilterd noch gekleurd werd, een deel niet koud-gefilterd en wel gekleurd, nog een deel koud-gefilterd en niet gekleurd en tenslotte een deel dat zowel koud-gefilterd als bijgekleurd werd. Opmerkelijk (en voor mij confronterend) om te zien wat het effect is en wat je zelf nu het beste vindt.
Soit, het festival gaat dus door op beide weekenddagen, 5 en 6 juni en dit telkens van 13u tot 18u. Plaats van het gebeuren is het meetingcenter in Kortrijk Xpo. Een schare aan distilleerders, bottelaars, importeurs, winkels en verenigingen stellen ten toon en ten proef. Allen daarheen! Voor mee info en last minute bestellen van kaarten, klik hier.
 
Dit gezegd zijnde, tijd voor whisky. Meer bepaald voor de Green Label van Johnny Walker, de tweede keer trouwens dat ik deze bespreek. De vorige was de 2007 batch.

 
Johnnie Walker 15y ‘Green Label’, 43%, OB 2009
Zoete neus op karamel, sinaas, cake en geconfijt fruit. Frisse bloemen ook. En wat turf die er subtiel doorheen priemt. Na wat staan ook een lichte kruidigheid (nootmuskaat). De romige smaak is best pittig met zoet en kruidig als dominante tonen. Qua zoets heb ik honing en sinaas opgeschreven. Qua kruiden denk ik aan peper en nootmuskaat. Een beetje zilt ook, net zoals de subtiele turf van de neus. Relatief lange afdronk op kruiden en geroosterde noten. Beter dan de vorige batch (2007). 82/100

Back to reality…

… en het is wennen verdorie. Wat een fijn reisje seg. Een weekje naar het mythische Islay, Campbeltown en het wondermooie Arran, een mens kan harder gekloot zijn. De Eyjafdinges dreigde nog roet in ons eten en whisky te gooien, maar dankzij de nodige creativiteit zijn we toch nog in het Beloofde Land geraakt. Veel onderweg geweest, veel bonen, worst en black pudding binnengeduwd, weinig geslapen, veel whisky gedronken, veel gelachen… en teruggekeerd met een zeer voldaan gevoel (en een duffe kop).
Enkele impressies: de ‘rent’ van m’n square foot of Islay als FOL geclaimd, verbroederd aan Kildalton cross, gegeten in Ardbeg distillery met als toetje hun nieuwe single cask in primeur, mondwaterende dagverse sint-jacobsvruchten en kreeft in Port Charlotte hotel, bezoekje aan Finlaggan – zetel van de Lords of the Isles, duiken in de malt op de turf-gestookte kiln van Bowmore, een alternatieve sauna-ervaring in hun oven, wat vaten sampelen in hun warehouse, een succulent diner in Bowmore warehouse no 4, Bunnahabhain Auld Acquaintance (de beste Bunna ever) bij Duffies, tasting in de Cadenhead shop in Campbeltown, bezoek aan de wel erg artisanale Springbank distillery, lamsvlees dat smelt als boter op je tong op Arran, een fikse wandeltocht langs de schilderachtige oostkust van Arran, een toffe rondleiding door Arran distillery en warehouses (o.a. een erg lekker sherryvat geopend)… ja, het was goed.
En ook een beetje whisky achter de kiezen natuurlijk. En ja, dat is een understatement – “alwéér Port Ellen?”. Ik denk dat ik een weekje calorie-compensatie moet inlassen.

 

Desalniettemin blijven we onversaagd whisky proeven, aan een normaal en voor mijn lever minder destructief tempo weliswaar. Vandaag is dat een jonge Hanyu uit de Ichiro’s Malt card series. Dit is een reeks Japanse whisky’s die elk onder een specifieke kaart uit het kaartspel worden gebotteld. De hieronder besproken Hanyu bv. gaat door het leven als de klaveren zeven. Het is er één uit het jaar 2000, het laatste jaar dat Hanyu nog productief was.

 
Hanyu 8y 2000/2008 ‘Seven of Clubs’, 59%, Ichiro’s Malt, #7004, 345 bt
Zoete neus op perensiroop, boter, kokos en koffie verkeerd. Een heel klein beetje rook ook, hout en redelijk wat houskool. De smaak is krachtig en prikkelend op vanille, kruisbessen en hout. Wat kruiden naar het eind en in de afdronk. Lekker, maar 120 euro is gewoon te veel. 82/100