Maar dat wisten we al. Had al lang beloofd een CD’tje bij Dominiek binnen te brengen en gisteren kwam het er van. Nu, zoals te vrezen viel – ja ok, de eerlijkheid gebiedt mij te zeggen ‘te hopen viel’ – liep het bezoekje een beetje uit. Voor ik er erg in had, waren we vijf uur later en besefte ik dat ik in het beste geval nog 4 uur slaap zou hebben. De wekker gemolesteerd, de dag vervloekt, een teen op niet nader vernoemde – maar vooral onnavolgbare – wijze gestoten, de “precies een beetje laat gisteren?” opmerkingen over me heen laten komen, de aandachtige blik tijdens een vergadering wanhopig proberen vast te houden… ja, het was een beetje doorbijten vandaag, maar hoeft het gezegd, het was het allemaal méér dan waard.
Ik had zelf enkele flessen meegenomen zodat we een paar head to head konden zetten.
Wat dronken we zoal? We begonnen met een fruitige Speysider, de Tomatin 26y 1966/1992, 43%, Signatory, casks 14362-63, 1200 bottles. Veel fruit dus, honing ook en beetje bitter op het einde. Mooie opener. Daarna volgde nog een Signatory, de Aberlour-Glenlivet 19y 1970/1990, 46%, Signatory, casks 236-239, 1300 bottles, lekkere sherry en behoorlijk kruidig in de smaak en afdronk. Ook lekkere sherry in de Macallan 18y 1980/1999 ‘Gran Reserva’, 40%, OB, alhoewel ik de Aberlour toch lichtjes beter vond. Vervolgens maakte Luc’s Daily Dram z’n opwachting. Luc is Luc Timmermans, de whisky een… Glenfarclas, inderdaad. Een veertigjarige Glenfarclas. Er bestaan 20 flessen van, de rest van het vat werd door Douglas Laing gebotteld voor QualityWorld Denmark, een Deense whiskyclub. Voluit: Glenfarclas 40yo 1964/2005, 53.5%, DL for QWD, cask 1578, 515 bottles. Schitterende whisky die de voorgaande gesherriede whisky’s deed verbleken. Naast de sherry ook zilt en lichte rook. Supercomplex, krachtig… smullen! Scoort vooraan in de negentig. Daarna nog een Glen Garicoh 29y 1968, 56%, OB, cask 622, één van de vele heerlijke 1968 Glen Gariochs.
Dan volgde 4 head to heads. Dat de nadruk op Brora lag, mag niet verbazen.
Dominiek’s Brora 27y 1981/2008, 53.8%, Duncan Taylor, cask 1427 vs. mijn Brora 18y 1981/1999, 50% DL OMC, 335 bottles. Deze laatste won overtuigend het pleit. De DT kan je omschrijven als een Clynelish (mineralig, was, bloemen) met een toefje turf, in de tweede herken je onmiskenbare Brora. Voor mij is deze de tot op heden de beste jaren tachtig Brora. Wat niet wil zeggen dat de DT niet lekker was, integendeel.
Dominiek vond niet onmiddelijk een fles om tegen mijn Port Ellen 6e Release te zetten. Tot hij plots “wacht” uitriep en z’n kelder indook. Hij kwam boven met een Port Ellen 24y 1978/2002, 57.9%, DL for The Whisky Shop, 602 bottles die prompt soldaat werd gemaakt. Hoe graag ik de zesde release ook drink (90/100), hij maakte geen kans tegen het geweld van Dominiek. Man, dat is bangelijk lekkere whisky. Top-sherry, top-turf en dito zilt… in perfecte harmonie. Misschien wel de beste Port Ellen tot op heden gedronken. 93, 94? Whatever.
Het gesprek viel op de Port Ellen 21y 1979/2001, 50%, DL OMC, sherry cask, 618 bottles, waarover Dominiek in het verleden al eens de loftrompet stak. Een whisky die nochtans geen hoge scores krijgt in de Maltmaniacs Monitor, maar waarvan meneer Bouckaert toevallig toch nog een staaltje had liggen zeker. De maniacs hebben ongelijk, dit is verdorie lekker spul, Port Ellen zoals ik ‘m graag heb.
En dan werd het tijd om mijn Brora 30y 2004, 56.6%, OB, 3000 bottles naast de Brora 30y 2007, 55.7%, OB, 2958 bottles van mijn gastheer te zetten. De 2004 wordt algemeen beschouwd als de beste van de officiële releases, een these die ik alleen maar kan onderschrijven. Ook de 2007 kon er niet tegen op. Ik scoorde de 2004 95, de 2007 ligt 2 à 3 punten achter, wat nog meer dan behoorlijk is natuurlijk. Hiermee te maken heeft het feit dat in de 2007 duidelijk nog wat begin jaren 1970 Brora zit. 30 jaar is dus ruim 30+.
De laatste head to head was deze tussen de Brora 20y 1975/1995, 59.1%, Rare Malts, 75 cl van Dominiek en mijn Brora 21y 1977/1998, 56.9%, Rare Malts. Beide erg lekker, beide vrij mineralig. Turf, zilt, fruit, zoet, lichte farmy toestanden, kortom the whole shebang, al bij al een redelijk gelijklopend profiel. Ik herinner me niet meer welke Dominiek de beste vond (neem het me maar eens kwalijk), ik had een lichte voorkeur voor de 21y. De mijne weerom, ha!
Als toetje haalde Dominiek nog de Brora 30y 1972/2003, 49.7%, DL Platinum, L6961, 222 bottles en de Brora 22y 1972/1995 Rare Malts (de batch op 58.7%) uit z’n toch al indrukwekkende kast whisky’s. Ja, ik wist niet goed waaraan ik het verdiende, maar dat vraagstuk bande ik snel uit m’n hoofd en schoof mijn glas gezwind een halve meter vooruit. De Rare Malts kende ik al (Halleluja!), de Platinum was nieuw voor mij en, my God, ook dat is een dijk van een whisky! ’t Is dat ik de accenten op m’n toetsenbord niet vind, er horen er immers te staan op de ‘ij’ van dijk. De farmy en waxy Brora-notes met de schitterendste sherry (ok, ik weet het, ik val in herhaling, er is al wat sherry van het schitterende soort gepasseerd). En wat een evolutie! Elke snuif, elke slok geeft andere en nieuwe sensaties. Wohoow! En krachtig en complex moeten ook nog vermeld worden… goddelijk! 95/100 I’d say.
Ziezo, dat was het zo’n beetje. Niet slecht hé? Een geslaagd avondje, om even een eufemisme te placeren. Thanks again Dominiek!