Spring naar inhoud

Archief voor

Highland Park 23y 1989, Malts of Scotland

De geschiedenis van Highland Park neemt een aanvang eind 18e eeuw, meer bepaald het jaar 1798, toen predikant en Orcadian (inwoner van Orkney) Magnus Eunson illegaal whisky zou gedistilleerd hebben op de plaats waar zich nu de distilleerderij bevindt. Eunson was een notoir smokkelaar en verborg z’n flessen onder de preekstoel van z’n kerk. Desondanks werd hij later heilig verklaard. Officieel echter is het geboortejaar van Highland Park 1826, toen Robert Borwick startte met de bouw van de distilleerderij én het een licentie om te distilleren kreeg.
Vandaag een 1989 van Malts of Scotland

 

Highland Park 23y 1989/2012, 53.2%, Malts of Scotland, bourbon hogshead #MoS12030, 281 bottles
Frisse, mooi gebalanceerde neus. Hij moet het hebben van citrus (pompelmoes, limoen) en sappige rode appels, zoete granen en daaronder heide en hooi. Lichte waxy tonen en vanille. Turf? Misschien, in de verte dan toch. Jodium, ook in de verte. Ik vind dit een zeer aangename geur, doet wat zomers aan. Meer heide en hooi op de smaak, en ook de turf groeit. Maar de granen en het citrusfruit worden niet weggedrukt. Vanille en honing maken het wat zoet. Fris, levendig mondgevoel. De afdronk is eerder kort te noemen, op pompelmoes en zoethout. Licht en aangenaam bitter. Vooral op de neus meer dan geslaagd. 85/100

Mortlach 13y 1997, Silver Seal

Mortlach is de oudste Dufftown distilleerderij en is reeds geruime tijd in handen van de groep die we nu onder de naam Diageo kennen. In 1964 werd een nieuwe distilleerderij gebouwd, waarbij de oude stills werden herbruikt.
Vandaag een 1997 van Silver Seal, nog te koop aan een 90 euro.

 

Mortlach 13y 1997/2010, 46%, Silver Seal, 353 bottles
Geen erg uitgesproken neus, het is in het begin wat zoeken. Hij is wel fris, de eerste zaken die naar voor komen, zijn munt en gedroogd gras. Daarna rabarber (hoe langer hoe duidelijker), boterbloemen en vanille. Niet slecht die neus, maar gun ‘m wat tijd. Vlot drinkbaar en een beetje prikkelend op de tong, opnieuw vanille en rabarber. En dat grassige karakter. Boerderijboter. Gezouten. De afdronk is vrij lang en combineert ook hier het zoete met dat licht scherpe van de rabarber. Misschien wat simpel, maar absoluut niks mis mee. 84/100

Glen Scotia 1992, Archives

Een andere nieuwe botteling onder het Archives label is een Glen Scotia 1992. Eén van de vele Glen Scotia’s 1992 die de laatste jaren zijn uitgebracht, in mijn appreciatie met wisselend succes. Deze kost 85 euro.

 

Glen Scotia 20y 1992/2012, 50.4%, Archives, Whiskybase, hogshead #08/71, 80 bottles
De neus van deze whisky moet je laten groeien, hij heeft wat tijd nodig om zich bloot te geven. Planten en zachte rubber vallen als eerste associaties op. Daarna vervagen die om plaats te maken voor gras en bloemen (de weide), gevolgd door noten en een beetje zilt. In de verte zelfs licht rook. Daarna bijenwas, antiekwas en geboend leder. Fruit? Ja, toch ook wel: rijpe ananas en zwarte bessen. Lekker. De smaak moet het hebben van kruiden (nootmuskaat, kaneel), leder, pompelmoes en zilt. En opnieuw de zwarte bessen. Best wat eik ook. En chocolade. Middellange afdronk, aangenaam bitter. Het label vermeldt enkel Hogshead qua vattype, de kleur brengt me op bourbon maar er zitten toch enkele elementen in die me aan een sherryvat doen denken. Iemand uitsluitsel? Whatever, ik vind dit lekkere whisky, één van de betere Scotia 92’ers. 86/100

Aberlour 1985, Thosop handwritten label

De tweede Thosop is dus een Aberlour 1985. Vrij zeldzaam, Aberlour 1985, ik ken enkel twee officiële en een koppel jonge SMWS’ers. Te koop aan 140 euro in de betere whiskyzaak. En in de mindere whiskyzaak zullen ze er waarschijnlijk ook wel zoiets voor vragen – als ze hem al hebben natuurlijk.

 

Aberlour 1985/2012, 45.1%, Thosop, handwritten label, 219 bottles
Lekkere romige neus, heerlijk old style. Belegen eik (oude kasten, oude planken vloer), zoete granen en heel wat fruit: perziken, ananas, kruisbessen en zelfs wat lychees. Warme cake, praliné en kandijsuiker. Smeuïge boter. Vol en prikkelend, tintelend op de tong. Voor die prikkelende smaak zorgen eik, kruiden en citrusfruit. Pompelmoes en mandarijn. Kandij en nougat geven het een zoete kant. Peper en nootmuskaat wat de kruiden betreft. De balans tussen het romige zoete en het prikkelende kruidige en fruitige is perfect. Lange, verwarmende afdronk met een tweestrijd tussen kruiden, pompelmoes en veel kandijsuiker. Lovely. 90/100

Nieuwe Diageo special releases

Vandaag kondigde Diageo de special releases voor dit jaar aan. Welke het zijn heb je ongetwijfeld al elders gelezen (knap dat de servers van Facebook dit aankunnen). Zeer leuk allemaal, er zitten enkele bijzondere bottelingen tussen, ware het niet van de prijzen. Dat Brora duurder wordt, dat viel te vrezen, het is ook een 35-jarige deze keer. Maar de Port Ellen, die welgeteld één jaar ouder is dan de release van vorig jaar, 600 pond??? Dat is aan de huidge koers meer dan 750 euro. Of voor de mensen die nog in Belgische Frank rekenen: 30.000 frank. De Port Ellen 11 kon je vorig jaar kopen aan 335 euro. Dat is dus meer dan het dubbele op één jaar tijd. Oké, het pond is op dat jaar ook nog iets gestegen, maar dan nog. Meer dan het dubbele… De prijzen van de andere bottelingen zijn trouwens bijna even aberrant. En dan krijg je dit natuurlijk (let op, nog meer dan vijf dagen bieding te gaan):

Caol Ila 1982, Archives

De jongens van Whiskybase gaan hard, zeer hard. We hebben net de derde release achter de rug of hier is de vierde al. Zeven nieuwe bottelingen waarin een North British 1962 het meest opvalt. Ik begin echter gericht met een whisky waarvan ik kan vermoeden dat hij me in vervoering brengt, een Caol Ila 1982. Kost 135 euro.

 

Caol Ila 1982/2012, 51.2%, Archives, Whiskybase, Bourbon Hogshead #758, 207 bottles
Prachtige, elegante neus. En complex. Waar begin ik? Met het ‘coastal’ karakter misschien (zilt, jodium). Of met de zachte, zoete turf. Of waarom niet met het fruit? Ik bedoel dan de sinaas en de geflambeerde banaan. Het zoets, meer bepaald de vanille en de nougat, ook daar kan ik mee starten. Met de kruiden trouwens ook (zoethout bv.). Of zelfs met de lichte mineraliteit. Tja, waar beginnen? Ik zou ook eerst kunnen vermelden dat hij erg fris overkomt. Weet je wat, laat maar vallen, ik ga meteen over naar de smaak. Die is zacht en romig, op perfecte drinksterkte. En al even complex als de geur. Het zilt en de turf komen iets meer naar voor. Wat eik en kruiden (naast het zoethout van op de neus ook wat kaneel en gember), maar absoluut niet veel echter, dit is geen al te actief vat geweest en dat is hier zeker een pluspunt. Het zoete fruit blijft om de aandacht roepen. Knap! De afdronk is lang, op zilt, fruit en zachtjes wegdeemsterende turf. Knap. Of had ik dat al vermeld? 91/100

Banff 32y 1975, Old Malt Cask

De Banff distilleerderij ligt in het noorden van de Speyside regio, een goeie kilometer buiten het centrum van het stadje Banff. Of beter gezegd lag, na de sluiting in 1983 verwoestte een brand in 1991 immers de overblijvende gebouwen.

 

Banff 32y 1975/2008, 48.7%, DL Old Malt Cask, cask 3971, 164 bottles
Frisse neus op tuinkruiden, mineralen (natte stenen) en heide, snel gevolgd door fruit. Wit fruit (appel, peer), daarna perzik en gele pruimen. Kaarsvet ook wel. Net als wat zilt. En een aangename florale toets. Subtiele rook. Ook de smaak is fris en clean: mineralen, gras, hooi, munt, harde peren vooral en wat vanille. De klassieke mosterd-en-dille combinatie ontbreekt niet. Okkernoten. Eik, en niet zo’n beetje, maar nooit uitdrogend. Bijenwas en kaarsvet. Lange afdronk op tuinkruiden, mosterd, okkernoten en een heel klein beetje rook. Tja, Banff van de jaren zeventig, ik ben fan. 90/100

Cooley 1999, Thosop

Iets waar ik altijd reikhalzend naar uitkijk, is een nieuwe Thosop botteling. En deze maand zijn dat er twee, een Aberlour 1985 en deze Cooley 1999. Een beetje een vreemde eend in de bijt, want de eerste niet-Schotse whisky onder het Handwritten Label. En dan is het nog een erg jonge Ier. Tot ik ‘m proefde, toen leek het ineens niet meer dan logisch dat hij onder dit label z’n plaats heeft. Cooley kan immers zowel erg matige dingen produceren als af en toe prachtige. Denk maar aan sommige jonge Cooley’s gebotteld door Cadenhead.

 

Cooley 1999/2012, 53.3%, Thosop, Handwritten label, 179 bottles
Erg zachte en elegante neus met de perfecte hoeveelheid turf. Dat wil zeggen: je ruikt de turf, je hoeft er niet naar te zoeken, maar hij gaat helemaal niet domineren. Integendeel, de turf ondersteunt het geheel en maakt het extra complex, geeft het diepte. Wat het meest op de voorgrond treedt, is fruit. En dat kan ik altijd bijzonder appreciëren. Roze pompelmoes, mandarijn, ananas en meloen. Vanille. Bijenwas, nog zoiets dat alleen maar een meerwaarde is. En dan krijgt hij op de duur nog een farmy-kantje ook. Nog een punt erbij. Hooi, stallen, dat soort zaken dus. In de verre verte misschien zelfs wat mest (aandachtige lezers weten dat ook dat in tegenstelling tot wat het lijkt een pluspunt is). Geweldige neus. Complex, gelaagd, subtiel en elegant. Het goede nieuws is dat de smaak niet onderdoet. Zacht en romig, fruitig en kruidig, licht rokerig,en waxy. Roze pompelmoes, meloen en ananas wat het fruit betreft, gember, zoethout en peper wat de kruiden betreft. Een beetje zout en vanille vervolledigen. De turfrook is aanwezig, op dezelfde manier als in de geur, in perfecte hoeveelheden dus. Eik proef ik ook wel, maar net als de turf bescheiden, puur als meerwaarde. Lange, kruidige afdronk, met een beetje zilt en zachte turf. Belachelijke score voor twaalf jaar oude Cooley, ik weet het. Het is op mijn schaal echter niet anders. M’n fles is gereserveerd. 91/100

Twee Glenturrets van Malts of Scotland

Nu ik met de nieuwe Malts of Scotland bezig ben, viel mijn oog op twee samples van bottelingen uit een vorige batch van begin dit jaar, samples die wat aan mijn aandacht ontsnapt waren. Laat me daar vandaag even tijd voor maken. Het betreft twee Glenturrets, een 1980 en een 1977. Prijzen? 120 en 170 euro.

 

Glenturret 31y 1980/2012, 42.5%, Malts of Scotland, Bourbon Hogshead #MoS12008, 192 bottles
Zoete neus. Zowel zoet fruit als andere zoete elementen zoals vanille, honing en suikerspin. Zoete granen (Frosties). Wat het fruit betreft, denk ik aan ananas, rijpe sinaas en sappige perziken. Daarna natte bladeren en mos. En tenslotte een lichte mineraliteit. Ondanks het alcoholpercentage heeft ie iets etherisch. De geur is aangenaam zonder meer, iets te vluchtig, te weinig diepgang. De 42% maakt dat hij erg vlot drinkbaar is. Ook hier is het het zoete wat eerst opvalt, maar het is een wat bizarre zoetigheid. Een soort snoep dat ik niet direct kan thuisbrengen. Vanille, dat is dan weer wel vrij gewoon. Sinaas en ananas opnieuw, maar die ananas is wel erg rijp, overrijp eigenlijk. Pils ook. Eik, licht drogend. Weinig kruiden, het is enkel de eik die voor de wat drogere toets zorgt. Geen al te lange afdronk, op vanille en fruit. Lekker zonder meer. 85/100

 

Glenturret 34y 1977/2012, 47.4%, Malts of Scotland, Bourbon Hogshead #MoS12007, 222 bottles
Deze gaat op de neus alvast wat dieper, vertoont meer body. Het leeftijdsverschil is amper drie jaar, het lijken er minstens tien. Vol en rond, helemaal niets vluchtigs. Mooie, sappige eik en ronde zoete tonen van honing, vanille en rijpe bananen. Geflambeerd. Ook in deze wel wat granen, maar niet zoals in jonge whisky’s, niet zo scherp. Pas nadien komt er meer fruit door, de banaan wordt vergezeld van sinaas en mango. Praliné en melkchocolade. Hooi. Best complex, complexer dan de 1980 in ieder geval. Zoete en fruitige smaak: de banaan maar ook meer en meer citroen. Best wat kruiden ook, vooral gember valt op (met het zoete karakter komen we bij Canada Dry). Veel noten naar het einde. Mout, en in het verlengde daarvan komt ook hier de pils om de hoek kijken, iets waar ik niet altijd even enthousiast over ben. Lange afdronk, licht drogend met voldoende ruimte voor het (citrus)fruit. Beter dan de 1980, maar de pils op de smaak kost ‘m toch een punt of twee. 87/100

Tomintoul 42y 1969, Archives

De laatste botteling uit de nieuwe Archives release (dat was dus reeds de derde) die ik bespreek, is meteen de oudste, een Tomintoul 1969. Aan 160 euro is dit toch wel zeer scherp geprijsd, dit is immers 42 jaar oude whisky.

 

Tomintoul 42y 1969/2012, 42.4%, Archives, Whiskybase, bourbon cask #4266, 60 bottles
Lichte maar erg lekkere neus, fruitig en zoet met daartussen wat florale tonen. Qua fruit denk ik aan ananas, zoete appels en meloen. Voor het zoets zorgen honing en vanille. Het florale wordt bepaald door weide en z’n bloemen (boterbloemen, klaver…). Een klein beetje aarde. Delicaat en fragiel. Ook de smaak is dat: licht, zacht, op fruit (zie neus, dus wat neigend naar het tropische), vanille en dat florale. Hier is dat gedroogd gras. Misschien nog een extra kruidigheid (kaneel?), maar ook dat is van het schuchtere type. Eik? Ja, maar matig, het is vooral het hooi dat naar het eind gaat domineren. De afdronk is eerder kort en droog. Helemaal geen complexe whisky, erg licht, te weinig body en diepte om hoger te scoren. Maar wel zeer aangenaam om drinken. Typisch profiel van wat men een kaarterswhisky placht te noemen, lekker en vlot binnen-kappend. 87/100

Springbank 21y 1991, Malts of Scotland

Eén van de nieuwe Malts of Scotland waar ik het meest naar uitkeek, is de Springbank 1991. Weet dat dit Springbank 21y is, maar dan voor een fractie van de prijs van de officiële 21. Deze kost immers 109 euro, de officiële kon je een jaar geleden nog aan 250 euro vinden, nu betaal je al gauw het dubbele. Spijtig genoeg kan ik ze niet naast elkaar zetten.

 

Springbank 21y 1991/2012, 51.5%, Malts of Scotland, Bourbon Hogshead #MoS12036, 144 bottles
Bijzondere neus. Zoet, fruitig en geroosterd. Bij dat laatste denk ik aan toast, geroosterde noten en licht verbrande cake. Vanille wat het zoete betreft, pruimen, rabarber en perzik wat betreft het fruit. Dan duidelijk ook de geur van heide, en droog hooi. Gember en zoethout. Bijenwas. Arachideolie. Misschien ook wat oud leder. Bijzonder, een uniek profiel. Op de smaak is hij meteen een stuk zilter, alhoewel hij erg zacht en romig is. Zilt dus, maar ook vanille, kruiden (peper, gember en kaneel), rabarber, cassis en bijenwas. Drogende eik. In de verte een klein beetje rook. Bittere sinaas. Lange afdronk op perzik, de rabarber die van geen wijken weet en ronde eik. Ik kan dus niet vergelijken met de OB, maar als ik naar de prijzen kijk, weet ik het wel. 90/100

Cragganmore 29y 1973

Cragganmore was lange tijd vooral gekend via onafhankelijke bottelaars, maar het werd pas echt populair dankzij Diageo’s Classic Malts waar het van bij de start in 1988 deel van uitmaakte. Vandaag wordt dan ook een 30% van de productie als single malt gebotteld.
Ik proef wat volgens velen één van de beste Cragganmore’s ooit is.

 

Cragganmore 29y 1973, 52.5%, OB 2003, 6000 bottles
Delicate en frisse neus die floraal en zoet van start gaat. Gedroogde bloemen, tuinkruiden en heide, vermengd met honing en harde aardbeisnoepjes. Daarna fruit, gaande van wit fruit zoals peren en perziken, tot de meer tropische varianten zoals banaan, meloen en ananas. Daarna leder en toast, wat voor de nodige body zorgt, het geheel wordt dus wat minder delicaat. De smaak is helemaal niet delicaat, integendeel, stevig mondgevoel en best expressief. Opnieuw veel fruit (zie de neus) en honing, maar ook vanille en hier meer kruiden en eik dan ik in de geur had. Wordt naar het einde toe vrij bitter. Lange, licht drogende, peperige afdronk, waar het fruit stilaan uit verdwijnt. Ja, ook voor mij is dit de beste Cragganmore die ik al dronk, alhoewel ik er gezien z’n reputatie toch nog een ietsje meer van verwachtte. De niet helemaal aangename bitterheid op het einde kost ‘m de 90 punten. 89/100

Glen Scotia 20y 1992, Malts of Scotland

Next in line bij de nieuwe Malts of Scotland is een Glen Scotia 1992. En dat is niet hun eerste, we hadden al een 1992/2010 die me niet zo kon bekoren. Ook een 1991 trouwens, die me dan weer wel erg beviel. Deze kost je 95 euro.

 

Glen Scotia 20y 1992/2012, 51.9%, Malts of Scotland, Sherry hogshead #MoS12031, 158 bottles
Zoete sherryneus met veel chocolade (donkere), gedroogde vijgen en pruimen (pruimentaart), tabak (tabaksrook en tabaksdoosje) en leder. Ook wel wat rood fruit, maar niet zo veel. Braambessen. Munt. Drogend op de tong, met een extra kruidigheid. Tuinkruiden, maar ook wat peper en zoethout. De pruimen, het leder, de chocolade en de tabak tref ik ook hier aan, samen met rozijnen en karamel. Eik natuurlijk ook, en noten, zorgend voor het droge karakter. Niet helemaal in balans hier. Naar het einde toe ook nog iets ziltigs. Zoute drop. Lange afdronk, waar het zoete meer dan op de smaak de strijd aangaat met de drogere elementen. De balans zit hier dan ook beter. 83/100

Bladnoch 21y 1991, The Whiskyman for The Bonding Dram

The Bonding Dram van Jeroen Moernaut brengt zo af en toe een eigen botteling voor z’n klanten op de markt. En de geschiedenis leert dat Jeroen z’n vaten wel weet te kiezen. Ik denk aan de erg lekkere Laphroaigh 1996 en de minstens even lekkere Macduff 2000. Ik kan alleen maar hopen dat de botteling van dit jaar – samen met The Whiskyman deze keer – een beetje in de buurt komt.

 

Bladnoch 21y 1991/2012, 52.9%, The Whiskyman for The Bonding Dram, bourbon barrel, 118 bottles
Cleane neus. Zoet en grassig. Hooi en weide (met z’n boterbloemen en klavers). Boter en karamel (toffee). Rietsuiker (iets wat een typisch element in Bladnoch uit deze periode lijkt te zijn). Wat ananas ook. In blik. Of uit blik eigenlijk. Alleszins een geopend blik. Whatever, ik kan hier erg van genieten. Een unieke, uitgepuurde stijl. Op de smaak heb ik weer dat boterige en dat grassige, samen met de romige karamel. Maar ook veel vanille nu. Vanillefudge. Daarna meer en meer eik en pompelmoes, zorgend voor een aangename bitterheid. Peper en zoethout qua kruiden. Bitter-zoet in evenwicht. Middellange afdronk op citrus, vanille, kandijsuiker en sappige eik. Lang getwijfeld over de score, tot ik er een andere Bladnoch 1991 naast zette die ik 86 punten gaf. Deze gaat er vlotjes over, zeker de neus is nog een stuk beter. Knappe selectie dus. 88/100

Caol Ila 19y 1993, Malts of Scotland

Malts of Scotland heeft al een aantal oude Caol Ila’s gebotteld, een 1979, een 1980 en een 1981. In de nieuwe batch zit een jongere, een 1993. Net als de Port Charlotte een sherry hogshead. Te koop voor 95 euro.

 

Caol Ila 19y 1993/2012, 56.1%, Malts of Scotland, Sherry Hogshead #MoS12037, 225 bottles
Zachte en complexe neus. Turf, ja, maar niet dominant, genoeg fruit en zachte karamel. Het fruit is wit: peren en appel. Vers geperst appelsap. Misschien ook wat ananas, zonder echter de tropische toer op te gaan. Onderliggend enkele zee-elementen zoals jodium, zeewier en een beetje zilt. Licht mineralig ook wel (de natte stenen). Kaarsvet heb ik nog, net als wat zoetere zaken zoals praliné en warme cake. Redelijk complex. Aangenaam romig in de mond, met meer turfrook dan op de neus. Ook het zilt is prominenter aanwezig. En het fruit is anders, eerder de gedroogde variant: rozijnen, pruimen, vijgen. Bijenwas in de verte. Middellange afdronk, zoet en rokerig met een mooie lichte bitterheid. 87/100

Port Charlotte 10y 2002, Malts of Scotland

Nu de zomervakantie stilaan naar z’n einde loopt, mogen we ons weer warm maken voor nieuwe bottelingen, zo ook voor een zevental van Malts of Scotland, een bottelaar die er vooralsnog een stevig tempo in weet te houden. En naar het schijnt hebben ze daar in Paderborn nog genoeg vaten liggen om dit een hele tijd vol te houden. Een eerste die ik bespreek, is een Port Charlotte 2002. Kost je 85 euro.

 

Port Charlotte 10y 2002/2012, 63.1%, Malts of Scotland, Sherry Hogshead #MoS12034, 265 bottles
Weer zo’n Port Charlotte bom, deze keer gerijpt op sherryvat. De neus is zoals verwacht krachtig en intens. De aroma’s die het hardst om de aandacht roepen (zeg maar schreeuwen) zijn zoete turfrook, sinaas en zilt. Leder en marsepein volgen, warme aarbeienconfituur vervolledigt. Gember en zoethout komen naar het einde toe ook nog meespelen. Een turfexplosie in de mond, of wat had je gedacht. Alhoewel die turf dus groots is, laat hij toch ruimte voor karamel, boter, zilt, gember, peper, rijpe sinaas en donkere chocolade (zonder te bitter te worden). En leder niet te vergeten. Toch ook maar wat water geprobeerd, wat het geheel logischerwijze minder scherp maakt, maar ook zoeter. En de turfrook gaat met nog wat extra water serieus assig worden. Dus best ook weer niet te veel water toevoegen. De afdronk is bijzonder lang, verwarmend, op zilte, rokerige en zoete tonen. Een beest van een whisky, wat jong, wat ruw (minder rond dan bij een aantal vorige bottelingen), maar zoals wel vaker bij jonge PC toch weer lekker. 86/100

Glenury Royal 12y 70 proof

Vandaag een whisky die ik al enkele malen heb kunnen proeven, de vorige keer was dat in het Lynnfield Hotel op Orkney. De keer daarvoor ook in het Lynnfield Hotel op Orkney… Maar nu dus ook sample-gewijze en in volle concentratie.

 

Glenury Royal 12y 70 proof, OB +/-1980
Frisse en cleane neus, zonder al te veel old bottle effect. Mineralen (gazon na een frisse regenbui), granen, motorolie en een zoete toets vallen op. Dat zoets heeft misschien iets van nougat. Vanille ook wel. Warme houtkrullen. Kruisbessen? Yep. Kaarsvet ook, net als blik. Zelfs wat zilt. En is dat daar een heel klein beetje turf? Tja, hoe meer tijd je ‘m geeft, hoe complexer hij wordt. Een aantal zaken zijn de vorige malen toch aan mijn voorbij gegaan denk ik. Op de smaak heb ik wel wat meer old bottle, de metalige tonen (blik) zijn hier wat promintenter. Een beetje stof ook. Olie opnieuw, olijfolie meer bepaald, net als het kaarsvet en de lichte turfrook. Honing, sinaas, wat eik en kruiden zoals peper en zoethout vullen aan. De afdronk kan ik moeilijk lang noemen. Hij blijft licht metalig, mineralig en kruidig. Bijzondere whisky. Erg boeiend. 87/100

Longmorn 19y 1992, Archives

Een andere whisky uit de nieuwe Archives release is een Longmorn 1992, gerijpt op bourbonvat. Hij kost 70 euro.

 

Longmorn 19y 1992/2012, 48.5%, Archives, Whiskybase, bourbon cask #86607, 60 bottles
Zoete neus, veel vanille, vermengd met fruit, wit fruit. Witte perziken. Rode appels, krokant en sappig. Pink Ladies (ik heb het nog steeds over appels). Best mineralig ook: natte stenen en kalk. Geboend leder en mos valt ook nog te vermelden. Net als ronde eik. Rond en romig in de mond, gelijkaardige sensaties als in de geur. Appels, perziken, vanille, mineralen. Abrikoos ook wel. Tuinkruiden en zoethout vullen aan. Middellange afdronk op vanille, appels, eik en kaneel. De eik groeit. Mooie ‘moderne’ combinatie mineralen, vanille, eik en fruit. Fris. 85/100

Caol Ila 28y 1983, Silver Seal

Vandaag nog één van de recente Silver Seal bottelingen, meer bepaald een Caol Ila 1983. Hij kost je een 150 euro. Benieuwd of hij in de buurt komt van de 1983 van QV.ID.

 

Caol Ila 28y 1983/2011, 46%, Silver Seal, 350 bottles
Deze heeft niet dat typische oud Caol Ila profiel, dat je soms ook nog bij Caol Ila van begin jaren tachtig terugvindt. Toch spreidt hij een zeer aangename geur tentoon. Niet zozeer olie, wel boter. Minder op zoete turf maar wel op zilte turf. Geen geflambeerde bananen, wel appelsap (niet van dat whiskykleurig spul maar troebel biosap) en lichte pompelmoes. De turf is zacht en gaat zoals gezegd gepaard met zilt en andere kustelementen (denk zeewier en schelpen). Amandelspijs annex marsepein mag ik ook niet vergeten te vermelden. Erg zacht op de tong, wat zoeter dan de neus, met qua fruit meer citrus naast de appel en ook een extra kruidigheid. Nootmuskaat en zoethout dienen vermeld te worden. Drop. Het zilt blijft present (zoute drop dus), net als de zachte turf. Iets licht medicinaals ook nog. Best complexe whisky eigenlijk. Niet het niveau van de 1983 voor QV.ID, maar toch weer meer dan lekker. De afdronk is niet erg lang te noemen, maar wel prikkelender dan de smaak. Zilt, peper, gele appels en nog maar weinig turf. Lichte, soepele en dus gevaarlijk drinkbare whisky. 88/100

The Littlemill Sessions – part IV

Onze Littlemill Sessions beëindigen we met twee 1989’ers uit de stal van The Whisky Agency, een Liquid Sun en een Perfect Dram.

 

Littlemill 22y 1989/2011, 52.2%, Liquid Sun, refill sherry cask, 255 bts.
De typische Littlemill fruitigheid mooi in balans met de sherry van het vat. Fris citrusfruit (roze pompelmoes, mandarijn), rijpe kruisbessen en verse, sappige abrikozen aan de éne kant, sappige eik, kruiden, tabak en kaneel aan de andere. Nat hooi vervolledigt (altijd een meerwaarde vind ik). Volle, rijke smaak op allerlei gedroogde vruchten (pruimen en vooral dadels vallen op), karamel en kruiden: gember (nog zo’n constante in Littlemill uit deze periode) en munt. Iets subtiel tropisch. Coeur de boeuf, wat ik ook in de Thosop 1989 had. Zoete en kruidige afdronk, die vrij lang blijft hangen. Doet me inderdaad wat aan de Thosop botteling denken. Ook dezelfde score. 91/100

 

Littlemill 22y 1989/2011, 51.5%, The Perfect Dram (TWA), joint bottling with La Maison du Whisky, first fill sherry, 244 bts.
Deze is meteen een stuk kruidiger op de neus. Frisse tuinkruiden, munt en eucalyptus. De Liquid Sun had munt, deze heeft er scheepsladingen van. Vrij droog en een pak minder expressief fruitig dan de Liquid Sun. Mineralen en okkernoten, dat wel. Iets metaligs. Je handen na intensief gebruik van Engelse sleutels. De smaak schreeuwt kruiden: eucalyptus en munt, maar ook veel gember (of course). Koude kruidenthee. Ijzerkruid (nee, geen metalen hier). Behoorlijk drogend, de kruiden worden vergezeld van eik en okkernoten. Lange, droge afdronk waar de kruiden de dienst uitmaken. Zeer (eigenlijk te) actief vatje. 83/100