Spring naar inhoud

Archief voor

Bunnahabhain 1965, OB for Feis Ile 2001

Vandaag één van de oudste officiële Bunnahabhains, de 1965 voor het Feis Ile (het jaarlijkse muziek- en whiskyfestival op Islay) van 2001. De oudste is volgens mij een 1963 voor Feis Ile 2003. Je kan deze 1965 nog vinden, maar reken op een kleine 600 euro.

 

Bunnahabhain 35y 1965, 53.9%, OB Feis Ile 2001, cask 7159, 594 bottles
Meer dan aangename neus, fruitig en zoet. Vanille, marsepein, honing en wit fruit à la peer, appels en vooral witte perziken. Kokos (jawel, ook wit). Daarna kamille, linde en wat munt. Eik? Ja, maar niet opvallend. Bijenwas niet te vergeten. En iets van gerookt vlees. Geen Zwarte Woudham deze keer, iets zachter zoals filet de sax. Delicaat en complex. Op de smaak speelt het hout, zoals wel vaker op hoge leeftijd (de whisky, niet ik), meer op dan in de geur. Eik, noten, thee, je kent het patroon. Maar er is genoeg zoets en fruitigs ter compensatie: sinaas, perzik, banaan, ananas, mango, vanille en honing. Opnieuw wat tuinkruiden en ook iets licht metaligs. Kaneel komt nog om de hoek piepen. Best lange afdronk, met nog steeds het (zoete) fruit, de kruiden en de eik mooi gebalanceerd. Ja, oude Bunna kan verdorie lekker zijn. Ook al is het geen Auld Acquaintance. 90/100

Isle of Jura 24y 1988, Archives

De tweede botteling uit de Archives third release die ik proef, is een Isle of Jura 1988. Voor 85 euro is hij de jouwe.
Jura is met nog geen 200 permanente bewoners zeer dunbevolkt. Ik ben er zelf nog nooit geweest, maar naar het schijnt loopt er maar één deftige weg over het eiland. En aan deze weg bevindt zich dan ook de enige distilleerderij van het eiland.

 

Isle of Jura 24y 1988/2012, 51.3%, Archives, bourbon cask #752, 60 bottles
Aromatische en zoete neus op tonen van witte chocolade, praliné (witte pralines), honing en na enige tijd ook marsepein. Dat laatste brengt amandelen mee, gevolgd door gebakken appels en abrikozencompot. Warme appeltaart met amandelschilfers op. Best mineralig ook: natte stenen en vooral gepoetst zilverwerk. Hooi, nat hooi. Ook nog iets aangenaam zurigs. Ik denk aan yoghurt. Over een bord muesli (lichte granen). Complex en lekker om ruiken. De smaak kan dit niveau echter niet helemaal handhaven, hiervoor domineren de granen net iets te veel. Naast het graan noteer ik nog appels, zilt, zoethout en gember. Iets vegetaals ook dat ik niet onmiddellijk kan thuisbrengen. Eik, pompelmoes en niet zo rijpe kruisbessen geven het een bitter kantje. Opnieuw dat natte hooi. Grassige, kruidige, aangenaam bittere afdronk. De neus verdient zeker twee punten meer. 86/100

The Littlemill Sessions – part III

We nemen de draad van de Littlemills terug op met een koppel 1990’ers gebotteld door Silver Seal, respectievelijk in 2009 en 2010. Kosten een goeie 150 en 130 euro.

 

Littlemill 19y 1990/2009, 57%, Silver Seal
Prachtige fruitigheid die behoorlijk into-your-face openbarst. Best complex, want het fruit wordt vergezeld van hooi, weidebloemen, vanille en een beetje eik (geeft body, maakt het rond). Honing ook, lichte bijenwas, een even lichte kruidigheid en net zoals wel vaker bij Littlemill 1990 (maar dan vrijwel alleen bij deze vintage) lichte rook. Op de smaak een even mooie fruitigheid, kruiden (gember valt op), vanille en zachte eik. Droogt niet uit. Middellange, fruitige en grassige afdronk. Wreed lekker. 91/100

 

Littlemill 20y 1990/2010, 46%, Silver Seal, 237 bottles
Bwa, deze verschilt heel weinig van de 57%. Vrijwel hetzelfde profiel, ik ga me niet herhalen, maar zachter, wat minder prikkelend, iets minder vol ook en wat minder body. Het alcoholpercentage uiteraard. Dit is nog altijd heel lekkere whisky echter. Right upon my alley eigenlijk. En als ik toch nog iets moet toevoegen: gele pruimen. Weet je, uiteindelijk is deze misschien wat drinkbaarder, vlotter toegankelijk, maar de 57% heeft dat beetje extra, wat zich vertaalt in punch en complexiteit. 90/100

Imperial 16y 1995, Archives

De derde release van Archives (je weet wel, het label van de jongens van Whiskybase), brengt ons zes nieuwe bottelingen. De eerste die ik ervan proef, is een Imperial 1995. Hij kost je 65 euro. Imperial is zo’n typische onbekend-is-onbemind distilleerderij. Onterecht zo blijkt.

 

Imperial 16y 1995/2012, 51.7%, Archives, bourbon cask #50035, 60 bottles
Erg pure, cleane neus op vanille, gras en veel fruit: gele appels, banaan, kiwi, ananas en perzik. Daarna nog wat eucalyptus, linde, aarde en humus. Niet veel meer, maar daar malen we niet om, dit is een erg lekkere neus. De smaak is rond en romig, waxy en fruitig. Hier vooral veel sinaas. Misschien nog wat perzik ook. Zeker ook de schil van citroen. Daarna komen de kruiden opzetten: peper en zoethout vallen op. Lange, cleane, frisse en waxy afdronk. Dit is een simpele, cleane Imperial waar ik erg van heb kunnen genieten. 87/100

Glenlossie 12y Manager’s Dram

Glenlossie werd volledig vernield door een brand in 1929, tien jaar nadat het werd overgenomen door D.C.L.. Het werd evenwel spoedig heropgebouwd. En in 1962 uitgebreid, het aantal distillatieketels ging van vier naar zes.
Ik proef de Manager’s Dram, wat toch een beetje een visitekaartje zou moeten zijn. Weliswaar een visitekaartje dat enkel aan de Diageo managers werd gegeven.

 

Glenlossie 12y Manager’s Dram, 55.5%, OB 2004
Cleane neus op granen en wit fruit. Appels vooral. Cider. Maar ook citrusfruit (pompelmoes, mandarijn). Vers gebakken brood, nog warm, weidebloemen en iets van aardappelpuree. Natte wol. Kokosmelk. En lichte eik. Tot op heden een lichte tegenvaller. Prikkelend op de tong, ook clean en licht alcoholisch. Citrus (witte pompelmoes, limoen), granen en kruiden (peper en gember vallen op). Kamillethee. Een beetje vanille. Amandelen. Het geheel is vrij scherp. Meer eik, wat drogend. Redelijk lange afdronk, wat grassig met opnieuw de citrus. Clean, jong en fris, maar ik had hier heel wat meer van verwacht. 84/100

Port Ellen 1982/2007 cask 2850, Berry Bros & Rudd

Vandaag bespreek ik een Port Ellen 1982 van Berry Bros. Ruim een jaar geleden kwam hier al eens een 1982 van deze bottelaar aan bod, maar dat was een sherryvat. Een zeer actief sherryvat. Terwijl de kleur van deze whisky erg licht is en het hier dus ofwel een bourbonvat ofwel een inactief sherryvat betreft.

 

Port Ellen 1982/2007, 56.1%, Berry Bros & Rudd, cask 2850
Frisse, lichte neus, fruitig en ziltig. Limoen en groene appels, zeewier en zilt. Daartussen ook wat vanillle, amandelen en gras. Lichte rook. Stevig mondgevoel, en opnieuw vallen het frisse fruit en het zilt op. Gerookte heilbot, zeewier en appels, gevolgd door vanille, gember, zoethout en peper. Best kruidig. En opnieuw de zachte rook. Erg aangenaam. Lange, zilte afdronk met citrus en kruiden. De laatste jaren kan je Port Ellen 1982/1983 zo goed als blind kopen. Niet goedkoop, maar bijna altijd erg lekker. Enkele jaren geleden werd er af en toe nog een sulferbom gebotteld, zeker in de periode waaruit deze botteling komt, maar die tijden blijken voorgoed voorbij. Strengere selectie? 89/100

Mortlach 21y 1980, Gordon & MacPhail Cask

En dan nu een op het eerste zicht misschien niet zo bijzondere Mortlach 1980 van Gordon & MacPhail. Op het eerste zicht.

 

Mortlach 21y 1980/2002, 63.8%, Gordon & MacPhail Cask, refill sherry butt #3646
Halleluja! Dikke, stroperige sherry. Oud leder (enorm), kandijsiroop, rozijnen, dadels, pruimen, bramen, walnoten, en veel kruiden. Peper, kruidnagel, zoethout, peterselie en eucalyptus. Een lichte zilte toets (alhoewel, hier is niets ‘licht’ aan). Doorheen dit alles grootse, sappige eik. En dan heb ik die geweldige rokerigheid nog niet vermeld. En marsepein. Njummie. Wat hars ook. En balsamico niet te vergeten. High end. Erg krachtig en gigantisch complex. Met wat water groeit het fruit, naast het reeds aanwezige gedroogde fruit nu ook harde peren en rode bessen. Man, 1cl in mijn glas en ik ben een ganse avond zoet. Alhoewel je behoorlijk masochistisch moet zijn om hier niet van te drinken. De smaak is immers even rijk en complex als de neus. Zowel gedroogde vruchten als de rijpe bosvruchten (rode bessen, bramen, frambozen), noten, tabak, koffie, karamel, donkere chocolade (maar zeker niet te bitter), rook, allerlei noten, allerlei kruiden, en heel veel puntjes. Machtige eik. Wat een body. Water is zelfs niet noodzakelijk, het maakt het geheel misschien wat vlotter toegankelijk, maar alle smaken tekenen zonder ook present. Het goede nieuws is dat hij van geen wijken weet, die afdronk blijft maar duren, perfect gebalanceerd tussen de drogere sherytonen en het zalige fruit. Proeft als Macallan van de jaren vijftig, no kidding. De score lijkt niet te matchen met wat het is, zijnde relatief recente en relatief jonge Mortlach. Maar wacht tot je ‘m proeft. Als je ooit de kans krijgt tenminste. 94/100

Old Pulteney 17y

Net zoals de meeste distilleerderijen, is ook Pulteney meermaals van eigenaar veranderd, van oprichter James Henderson tot Inver House (onderdeel van International Beverage Holdings) vandaag. Na sluiting tussen 1930 en 1951 werd de distilleerderij volledig verbouwd in 1958 door de legendarische Hiram Walker.

 

Old Pulteney 17y, 46%, OB +/- 2012
Herkenbare Old Pulteney neus, kustelementen zoals zilt en zeewier vermengd met zoete en fruitige tonen. Niet onlogisch wat meer hout dan de 12y. Wat granen en zonnebloemolie. Ook een licht floraal karakter is een extra. Qua fruit denk ik vooral aan wit fruit (peer en perzik, rode appels, ook wat banaan). Het zoet is zowel vanille als karamel (Amerikaanse en Europese eik). Meer en meer kruiden en ook nog een toefje rook. Mineralen mag ik tenslotte ook niet vergeten te vermelden. Vol en dik in de mond, zoet (vanille, karamel), granig, fruitig (appel, banaan, maar ook citrusschil) en kruidig (peper en zout, en ook wat gember). Wordt wat grassig. Naar het einde en in de afdronk iets meer eik, maar ook wat rook. De afdronk is lang en verwarmend. Complexer en zeker ook lekkerder dan de 12y. 86/100

Longmorn 22y 1988, Silver Seal

Vandaag een Longmorn 1988 eind vorig jaar gebotteld door Silver Seal. En zoals je kan verwachten bij Silver Seal, hangt hier een stevig prijskaartje aan, reken op een 160 euro.

 

Longmorn 22y 1988/2011, 54.4%, Silver Seal
Volle, zoete en romige neus. Ik denk aan de geur van appeltjes uit de oven, inclusief de kaneel. Ananas uit blik en roze pompelmoes maken het nog wat fruitiger. Vanille, honing en melkchocolade nog wat smeuïger. Eik, maar niet veel. Stevig mondgevoel, op de smaak vallen vanille, kandij en noten op. Naast de appels van op de neus heb ik hier ook banaan en kokos. De zoet/bitter balans wordt een beetje verstoord door taninnes. Best lange en droge afdronk. Spijtig van de tainnnes, die zelden een meerwaarde zijn, anders had ie nog hoger gescoord. 86/100

Benriach 29y 1983 for Asta Morris

Bert Bruyneel heeft zich weer eens door een stapel Benriach samples geworsteld. Na de jaren zeventig (zie 1975, 1977, 1978 en 1979) heeft hij zich deze keer aan de jaren tachtig gewaagd. Het resultaat van al dat werk resulteert in een 1983 die gebotteld werd voor z’n Asta Morris vehikel.

 

Benriach 29y 1983/2012, Asta Morris, bourbon hogshead #299, 258 bottles
Aromatische neus die start op sprankelend fruit. Ik denk aan sappige peer, meloen, wat sinaas en ananas in blik. Een behoorlijke portie vanille ook, praliné en eik. Getoast hout. Knappe balans tussen het fruit, de zoete tonen en de eik. Prikkelende smaak, dansend op de tong. Romige honing, boter, meringue en opnieuw veel fruit: ik noteer opnieuw peer en meloen, en voeg daar aardbeien, lychee en rijpe kruisbessen aan toe. De eik komt weer om de hoek kijken en wordt vergezeld van zoethout. Maar het fruit krijgt alle ruimte om zijn ding te doen. En dat ding is zeer luid om de aandacht roepen. Een beetje bijenwas ook. Niet supercomplex, wel erg expressief en vooral zeer lekker. Lange, zoete afdronk, een beetje ‘zesty’. Eens te meer – ik weet het, ik val in herhaling – een zeer knappe selectie. En evenzeer eens te meer een referentie voor Benriach van het betreffende jaar. 91/100

The Littlemill Sessions – part II

In het tweede deel van m’n Littlemill sessions laat ik twee wat ongewonere bottelingen aan bod komen, een oude officiële 12 jarige en een 1985 uit Japan.

 

Beginnen doen we met een 12 jarige gebotteld rond 1980 op vatsterkte. Of op 54% toch. Italiaanse import.

Littlemill 12y cask strength, 54%, OB +/- 1980, F+G Bruino Import, 750ml
De neus start wat onderdrukt, licht granig, neigend naar bierbeslag, maar met wat tijd geven komt ie open. En dan krijg je een zachte, ronde fruitigheid onder de vorm van verse abrikozen en perziken, snel gevolgd door gele appels. En dan kom je uit op ciderassociaties. Appelschil. Wat hooi ook. Op de smaak komen die gele appels en de cider meteen naar de voorgrond, vergezeld van eik en zoethout. Misschien ook wat gember. Boter. Karamel in de verte. Geen al te lange afdronk, waar de gele appels het langst blijven hangen. Eentje die moest groeien, maar dat doet hij dan wel erg mooi. 86/100

 

We kennen natuuurlijk 1991, 1990, 1989 en sinds kort ook 1988, maar laat ons nog iets verder in de tijd gaan, naar het jaar 1985 dus. Een botteling van het Japanse Shinanoya, dat ons ook al ander lekkers heeft gebracht (denk Benriach 1976), spijtig genoeg hier in Europa niet te krijgen. Geweldig bedankt Menno.

Littlemill 26y 1985/2011, 55.1%, Shinanoya, Hogshead, 250 bottles
Hola, dit is goed. Prikkelende, expressieve en frisse neus, barstend van het fruit. Roze pompelmoes galore! Maar ook veel lychee, wat kiwi en een beetje ananas. Mineralen in de hoedanigheid van natte stenen, net als gras en humus. Rozenbottelthee. Ronde, smeuïge, zoete en fruitge smaak. Sinaas, pompelmoes en lychee (enorm hier). Zeste. Opnieuw wat gras (hooi eigenlijk), een lichte mineraliteit en tuinkruiden. Behoorlijk lange afdronk, waarin het fruit van geen wijken wil weten. Niet complex genoeg om hoger te scoren, maar wel lekker genoeg om nog altijd zeer hoog te scoren. I love it. 91/100

Highland Park 1977 ‘Bicentenary’

De Highland Park ‘Bicentenary’ werd in 1998 gebotteld ter gelegenheid van – u raadt het al – het tweehonderdjarig bestaan van de distilleerderij. De keuze voor deze feestfles viel op een 21-jarige whisky gedistilleerd in 1977.

 

Highland Park 1977 ‘Bicentenary’, 40%, OB 1998
Erg aangename maar eerder lichte neus (het alcoholpercentage) op elementen die niet ongewoon zijn voor Highland Park: zilt, honing, heide, zachte rook en eik. Zachte, sappige eik is dat. Geboende meubels ook en wat oud leder. Pas in tweede instantie heb ik fruit: perzik, peer en druivensap. Lichte bijenwas. Allemaal erg elegant, breekbaar bijna. Romig en zacht mondgevoel. Meer turf, nog steeds een behoorlijke hoeveelheid honing, nu aangevuld met vanille. En ook de bijenwas zet zich verder op de smaak. Net als het zilt trouwens. Daarna kruiden, zowel de keuken- als de tuinvariant. Eucalyptus, nootmuskaat en zoethout onder meer. Qua fruit moet ik het hier met sinaas doen, de schil van sinaas meer bepaald. Vergezeld van donkere chocolade geeft dit de geweldige orangettes. Best lange afdronk, zoet en waxy, met lichte turf en tonen van mokka die ook nog om de hoek komen kijken. Delicate en subtiele whisky die eigenlijk enkele extra graden alcohol kon gebruiken. Zeer lekker, complex ook, maar wat dun. 88/100

Bowmore 21y 1989, Silver Seal

Nog een recente Silver Seal botteling, is een Bowmore 1989. Bowmore 1989, de ervaring leert dat dat net voorbij de zeepperiode is. Meer nog, Bowmore 1989 is al vaak zéér lekker gebleken.

 

Bowmore 21y 1989/2011, 46%, Silver Seal, 565 bottles
Cleane neus die start op zilt, jodium, mineralen en turfrook. Daarna komen daar natte aarde, varens en kamillethee bij. Niet veel fruit, enkel wat citrus. Noten, vanille en marsepein. Wat zoet dus ook. Munt? Ja, een beetje. Mmm, zelfs een lichte ‘farmy’ toets. Geen mest, wel nat hooi bijvoorbeeld. Oesters, jawel. Heerlijk. Ook de smaak is clean en prikkelend, met meer rook dan op de neus. Maar opnieuw de aarde en de citrus. En de perfecte hoeveelheid zilt en jodium. En ook de oesters zijn daar weer. Oké, de smaak ligt dus mooi in het verlengde van de neus. Ah, ook wat ananas in (of beter uit) blik. Peper mag ik niet vergeten te vermelden. Lange, zilte afdronk met citrus en zachte rook. Perfecte, cleane Bowmore. 90/100

Old Pulteney 15y 1997/2011, G&M for ALS-liga

Onafhankelijke Pulteney, dat kom je niet zo vaak tegen. En toch viel de keuze voor deze botteling voor de ALS liga op een Old Pulteney. ALS is een zeldzame maar wrede neurologische ziekte. Weet dat van de 65 euro die je voor deze whisky betaalt, er 4 naar de liga gaat. Meer motivatie heb je toch niet nodig? Of toch? Wel, je krijgt er een Glencairn blendersglas bij. Nog niet overtuigd? Shame on you, maar als het kan helpen, hij is nog lekker ook. Erg lekker.
Te koop via de website van The Bonding Dram of bij De Clercq in Lochristi.

 

Old Pulteney 15y 1997/2012, 57%, Gordon & MacPhail for ALS-liga, first fill bourbon barrel #1199, 224 bottles
Sobere, cleane neus. Alles behalve exuberant, maar dat vinden we niet erg. Groene harde appels, een lichte granigheid, amandelen en zilt vallen op, met daarachter aardse tonen: natte aarde, wortels, gevallen bladeren. Zeer genietbaar. Pas na enige tijd zorgt vanille voor wat zoets. Mooie evolutie. Ronde, volle smaak op vanille, appels, perzik en zilt, snel gevolgd door heel wat kruiden: zoethout, peper, gember. Hazelnoten. Iets van één of andere eau-de-vie. Pruimen? Mmm, kersen misschien. Is dat daar turf dat op het eind om de hoek komt kijken? Ik denk het. Lekker in ieder geval. Middellange afdronk, zoet en zout. Cleane, gebalanceerde whisky. Mooie selectie vind ik dit, en alhoewel ik al wel eens betere Pulteney heb gedronken (Pulteney op actief – let wel, actief – sherryvat, moet je zeker ’s naar op zoek gaan), zowaar de hoogst scorende Pulteney op deze pagina’s. 87/100

Macduff 12y 2000, The Whiskyman for Pin’Art

Vandaag een Macduff 2000. Niet de eerste Macduff 2000 die verschijnt natuurlijk, wel één van de eerste drie bottelingen onder het Classic Label van The Whiskyman, naast de Clynelish 1997 en de Bowmore 2000 voor Whiskysite.nl.

 

Macduff 12y 2000/2012, 51.6%, The Whiskyman for Pin’Art, refill sherry hogshead, 109 bottles
Zachte en wat droge sherryneus die langzaamaan omslaat in zoet-fruitig. Warme appelmoes, appelsienenconfituur en abrikozencompot krijg je dan. Allez, ik toch. Rozijnen. Gekonfijte gember (prikkelend kruidig en toch ook zoet). Onderliggend leder en zachte eik. Niet complex, wel aangenaam. Op de smaak bittere en zoete tonen, mooi in evenwicht. Rozijnen, gedroogde abrikozen, kruiden, eik, okkernoten… drogend naar het einde. Lange, eerder droge afdronk. Het fruit dooft vrij snel uit. Mocht op de smaak iets voller en ronder zijn, maar lekkere whisky is dit zeker wel. 85/100