Bowmore 1998, Asta Morris
De jongste botteling van Bert Bruyneel is een Bowmore 1998 onder z’n eigen Asta Morris label. Ik proefde er een tijd geleden al een cask sample van en was meteen verkocht. Ondertussen heeft de whisky nog wat verder gerijpt en is ie ook versneden tot ideale drinksterkte. Opnieuw proeven dus.
Bowmore 13y 1998/2011, 49.7%, Asta Morris, cask AM003, 211 bts.
Mineralige, prikkelende turf, dat was het eerste wat me in de cask sample opviel. Nu is hij ronder, minder scherp. Op de neus heb ik nog steeds de mineralen (natte stenen, zomerse regenbui, je kent het wel) en de turf, maar wat mij nu vooral opvalt, is zwarte woudham en lapsang souchong thee, twee associaties die een smile op m’n gezicht brengen. Lapsang souchong thee wordt gedroogd op een vuur van naaldhout, en dat is wat ik in deze neus terugvind, de rook die vrijkomt bij het verbranden van naaldhout. De zwarte woudham wijst dan weer op zilt en zoete rook (en vlees natuurlijk). Wat heb ik nog? Honing, kruisbessen, bijenwas en bostoestanden. Met dat laatste bedoel ik mos, varens enzo. En ja, het is een naaldbos. Rond, romig mondgevoel met opnieuw het gerookte vlees en dito thee. Barbeque, hammetje aan het spit… gemarineerd. Met honing. Kruidig dus, zilt en zoet. Naast de honing noteer ik ook vanille. Qua kruiden heb ik tijm, citroenmelisse, gember, en nog heel wat meer. Amandelen schrijf ik nog op, net als wat citrus en lichte eik. Wreed lekkere whisky, en zo drinkbaar! Lange afdronk op zoete en zilte turfrook. Prijs/kwaliteit een absolute topper. En een whisky die recht op mijn smaakprofiel zit, alsof ie voor mij gemaakt is. 91/100
Met veel enthousiasme lees ik iedere keer weer Johans proefnotities. Je ervaart dan direct de connaisseur! Wanneer je alle notities hebt doorvorst weet je in ieder geval aan welke whisky’s je veel plezier kan beleven. Bij gematigde consumptie tenminste. Anders wordt het de volgende ochtend zo moeilijk opstaan.