Strathisla 40y 1970, Malts of Scotland
Deze Strathisla is een gedeelde botteling van Malts of Scotland met The Whisky Agency, beschikbaar in Nederland maar spijtig genoeg niet in België. Zoals je op de foto kan zien, hebben ze hier ook geopteerd voor een andere presentatie. Mocht je ‘m in Nederland of Duitsland op de kop willen tikken, reken op een 300 euro.

Strathisla 40y 1970/2011, 59.6%, Malts of Scotland & The Whisky Agency, Sherry Hogshead, 109 bottles
Een typische oude sherryneus op veel gedroogde vruchten (rozijnen, pruimen, vijgen, dadels, abrikozen, de hele santeboetiek) en noten. Notenlikeur… o ja, enorm. En dan balsamico, ook niet ongewoon in dit profiel. Kruiden ontbreken evenmin op het appel. Eucalyptus, zoethout en kaneel. Tabak. Heerlijk gewoon! Stevig en mondvullend op hars, eik, zoethout, drop en okkernoten. Als tegengewicht voor de droge sensaties biedt hij zoet, gedroogd fruit en aarbeien. Maar het geheel blijft amper drinkbaar, ik heb zo’n vermoeden dat water wel eens nodig zou kunnen zijn. Op de neus komt dan de balsamico nog meer naar voor, maar het is vooral op de smaak dat water een meerwaarde betekent. Zoeter en vooral drinkbaarder, alhoewel het geheel toch behoorlijk droog blijft. De hars, het zoethout en de okkernoten blijven prominent aanwezig. Lange, drogende afdronk op bittere chocolade. Ik had ‘m op de neus op 90-91, maar de voor mij té droge smaak, ook met water, doet ‘m nog behoorlijk onder de negentig tuimelen. 87/100

Hoog tijd voor een streepje muziek, was weer veel te lang geleden. Billy Bragg (op bijgaande foto: Jeroen Moernaut binnen 20 jaar), dat is jeugdsentiment maar toch ook nog veel actueel luistergenot. Ik had zonet het wondermooie Way over Yonder in the Minor Key spelen dat hij samen met Wilco opnam, een recenter nummer. Maar ik grijp zeker even graag terug naar z’n ouder werk. Zoals Back to Basics wat ik nu afspeel, een verzamelalbum van z’n eerste drie platen, uit 1987. Man, we worden oud…
Bragg’s muziekgenre laat zich niet eenvoudig omschrijven, hij is eigenlijk een genre op zich. De invloeden in z’n muziek komen zowel uit de folk als uit de punk. Zijn sociaal engagement vind je ook terug in z’n teksten. Deze zijn vaak maatschappij- en politiek-kritisch, hij schopt graag tegen de schenen van het establishment en vertegenwoordigers van het kapitaal. Laat ons zeggen dat hij zich perfect in z’n vel voelt als ‘working class hero’. Dit links engagement zorgde er trouwens voor dat Bragg één van de weinige artiesten was die tijdens de Koude Oorlog achter het Ijzeren Gordijn Gordijn kon optreden.


Oké, dit zou een erg korte tastingnote kunnen worden: zie vat 1144 en doe er een punt bij. Euh, een punt bij? Dat is dan 95!? Awel ja, dit zou voor mij wel eens de beste Caperdonich ooit kunnen zijn. Het op een rijtje zetten van deze drie juweeltjes maakt in ieder geval duidelijk dat vat 1145 toch wel een lichtjes ander profiel heeft. Zoals in vorige note al aangehaald, vind ik de neus van 1144 een klein beetje beter dan deze van TWA, op de smaak had ik een lichte voorkeur voor TWA. De neus van deze (1145) ligt weliswaar in het verlengde van 1144 maar hij is ronder, voller en romiger. Misschien wat minder kruiden en wat meer zoet fruit (dezelfde soorten als bij de andere). Daarenboven is de waxyness (bijenwas) hier nog prominenter. Ook een florale toets is hier echt wel een extra. Als een fenomenaal lekkere Clynelish op sherryvat. En je weet hoe graag in al gewoon-lekkere Clynelish drink… Op de smaak is het scenario wat gelijkaardig. Het alcoholpercentage zal zeker meespelen, maar deze is gewoon perfect op de tong, daar waar 1144 een beetje water kon gebruiken. Ook hier is hij romig, vol en rond, zonder het minste scherp kantje. Veel fruit (allerlei confituren), kruiden (hier wel meer the herbal kind), honing, leder, en net als op de neus een enorme waxyness. Minder eik dan in beide protagonisten. Je zou kunnen stellen dat op de smaak de 1145 de 1144 is met een beetje water toegevoegd. De afdronk is bij de drie erg lang, hier minder drogend en romiger. Deze is veruit de toegankelijkste van de drie, en – maar niet noodzakelijk daarom – ook de beste voor mij. Uit de kunst. Maar 95!? Jawel, een score waarbij de hoogtevrees begint toe te slaan. 95 geef ik aan Ardbegs Provenance, aan Brora 30y 2004, aan Glenburgie 1966 G&M, aan Port Ellen 1970, héél uitzonderlijk misschien aan een Benriach…. Toch is deze score in mijn beleving en smaak perfect correct, hij kan écht wel zonder blozen naast die andere absolute toppers gaan staan. Waarmee de these nog eens ontkracht is – zie ook vorige post – dat je voor die absolute top per definitie naar oude legendarische bottelingen zou moeten grijpen. 94/100
Hu… onmogelijk? Djeezes, die is gewoon nog beter! De neus start even aromatisch als de Glen Keith maar deze gaat dieper, de sherry zorgt voor een extra laag, de complexiteit wordt naar ongekende hoogtes gekatapulteerd. Steady on Johan… Gho, waar beginnen? Met het fruit: perzik, abrikozen, kweepeer, gedroogde pruimen, vijgen. Dan de kruiden: kamille, linde, munt. Vervolgens het zoets: honing, fudge. Fruit, kruiden, zoets, dat had de Glen Keith ook. Maar hier gaat deze verder. Hij is ook erg waxy. Ik denk aan boenwas, oude meubels, geboend leder. Een beetje rook, van het hout neem ik aan. De sherry die nog voor die extra dimensie zorgt. Fenomenaal goede neus. Proeven nu. De whisky explodeert in de mond, mondvullend is een understatement hier, maar toch is hij zeer goed drinkbaar zonder water, alle sensaties barsten meteen open op je tong. En die sensaties zijn: fruit (gekookt fruit, abrikoos, pruimencompot), kruiden (nootmuskaat, kaneel, peper, zoethout), kandij, honing, eik, leder, bijenwas, pollen, noten,… Let op de puntjes. Complex is het woord. Het geheel is licht drogend, toch ook een beetje water proberen. De eik wordt met water wat naar de achtergrond verbannen, het fruit komt nog meer naar voor en de ‘spicy’ kruiden worden vervangen de ‘herbal’ variant. Lange, erg lange bitterzoete, licht drogende afdronk op honing, fruit en zoethout. Op de neus vind ik deze zelfs nog wat beter dan de botteling van
Ruiken: yeeha! Proeven: yeeha! Jawadde, dit is goed! En zo absoluut mijn ding… Enorm fruitige neus. Sappig, rijp fruit, onmogelijk om alle associaties te vangen. Zowel wit Europees fruit (ik denk aan perzik, peer en gele appels) als de meer tropische variant (lychee, ananas, mango), en telkens de meest sappige varianten. Het-sap-druipend-van-je-kin variant. Met je neus boven een kom superieure fruitsla. Vervolgens met je neus boven een aantal kruidenthees. Ijzerkruid, zoethout, linde… Wat honing in die thees. Nog iets anders zoets. Nougat? Vanillepudding. Gewoon fantastisch die neus. Ook op de tong roept het fruit het hardst om de aandacht, met de tropische variant die pas naar het einde de kop opsteekt. Veel ananas. Wat eik en pompelmoes geven het geheel een perfecte bitterheid. Net als een lichte kruidigheid. Kaneel. Op een warme appeltaart. Een klein beetje gember ook. De gekonfijte versie. Fruit, zoet en bitter perfect gebalanceerd. Lange, fruitige finish met diezelfde zalige bitterheid. Nu echt wel op pompelmoes, en het tropisch fruit dat zich niet weg laat drukken. Sublieme whisky. 93/100
Laphroaig 12y 1998/2011, 59.6%, Malts of Scotland, cask 700272, bourbon hogshead, 152 bottles
Ik proefde deze samen (of beter naast) de Miltonduff en dan viel het meteen op dat deze een pak minder fris en fruitig is. Zoet is hij wel, vegetaal ook. Bieslook. Qua zoete associaties denk ik aan kandijsiroop en melkchocolade. Kokos (samen met de chocolade hebben we een Bounty), ananas in blik. Pina colada, juist ja. Misschien een klein beetje appel. Hij groeit wel. Steenkool, asfalt? Iets licht rokerigs. Ook op de smaak zit dat licht rokerige. Stevig en rond mondgevoel, kruidig. Zoethout, nootmuskaat, peper. In de fruitafdeling hebben we appels en groene banaan. Kandij, vanille en noten (amandelen) vervolledigen. Vrij bitter wel, met wat water wordt ie iets zoeter. Lange, bitterzoete afdronk, op noten, vrij veel eik, kandij en zelfs wat zilt. Geen slechte whisky, maar op de smaak blijft hij me wat te bitter om hoger te scoren. 83/100
Ardmore 18y 1992/2010, 49.4%, Malts of Scotland, cask 5014, bourbon barrel, 185 bts.
De neus start misschien wat gedempt, maar wel duidelijk fruitig, snel gevolgd door zoete tonen. Een zoete fruitigheid dus, met lichte frisse, kruidige toetsen. Munt, eucalyptus. Ik denk aan Vicks citroen, maar ook andere citroensnoepjes. Nog zoet fruit à la banaan, ananas en perzik, net zoals in de Rattray. Perzik op siroop. Honing… het geheel is iets zoeter dan bij vat 12427. Boterig ook, echte boter. Gezouten. Het grassige zit ook in deze neus, alhoewel hier misschien eerder gedroogd dan vers gemaaid gras. De smaak is meteen grassig, en fruitig. De schil van allerlei citrusvruchten, groene appels. Honing. Meer eik en kruiden dan op de neus, licht drogend. Geen water nodig, brengt niets bij. Droge, kruidige afdronk met wat hars, maar ook voldoende fruit. Op de neus is deze wat zoeter en zachter dan de Rattray, op de smaak is er zo goed als geen verschil. Ik heb een zeer lichte voorkeur voor deze, maar hij is wel wat duurder. 87/100
Inchgower 28y 1982/2011, 57.2%, Malts of Scotland, cask 6969, bourbon hogshead, 212 bottles
Old Pulteney 12y 1998/2011, 52.5%, Malts of Scotland, cask 1217, bourbon hogshead, 301 bottles
Mmm, dit is heerlijk! Gerookte banaan! Banaan op de barbeque. En nu we daar beland zijn, ook geroosterd vlees. Een hammetje aan het spit. Wat treffen we daarnaast nog aan? Mineralen. Zilverpoets. Kaarsvet. Motorolie. Amandelen. Zeewier en zilt. Limoen. Lapsang Souchong thee. Dat blijft maar doorgaan… complex, delicaat en verschrikkelijk lekker! Water toevoegen maakt het geheel meer coastal. Oesters. Proeven nu. Big! Krachtig, droog, rond en complex. Vrij veel rook, zilt en peper, zoethout ook, citroenschil, ananas en gerookte heilbot. Wat munt, net als hazelnoten. Met water krijg ik meer rook en nat hooi, maar ook hier is dat water niet echt noodzakelijk. Lange, droge en zilte afdronk vergezeld van een zoete rokerigheid. Van het beste wat Laphroaig uit die periode te bieden heeft. En nu nog wat verder genieten van de geur van het lege glas! 91/100
Mooie neus met heel wat ‘tuin’ associaties. Gedroogd gras, natte bladeren, dennennaalden, eik. Honing (uiteraard zou ik bijna zeggen). Daarna zetten zich mineralige tonen door (natte stenen), gevolgd door fruit (banaan, kruisbessen, appels), om te eindigen met kruiden. Zoethout, eucalyptus. Een lichte waxyness ook. Allemaal erg clean en ‘natuurlijk’. En zéér genietbaar. Olieachtig en stevig mondgevoel. Fris en prikkelend, op grassige, fruitige (ananas, roze pompelmoes, kruisbes, kiwi) en kruidige (peper, zoethout, curry?) tonen. Eik en vanille vervolledigen. En het mineralige zit ook hier. Ah, hier op het einde krijgen we ook een beetje turf. Een klein beetje. Dat blijft wel wat hangen in de middellange afdronk, samen met de kruiden, zilt en citrus. Geen water nodig. Heerlijk op de neus, lekker op de tong. 87/100
Wereldschokkend is het niet, in de vaart der volkeren is het het vermelden niet waard, maar in het Belgische whiskywereldje zullen toch wel enkele wenkbrauwen worden gefronst. Luc Timmermans heeft immers besloten te stoppen met het importeren van Malts of Scotland én met zijn handwritten label. Dit label heeft op korte tijd een stevige reputatie opgebouwd, een reputatie op basis van stuk voor stuk schitterende bottelingen.
nl. in deze van Dominiek Bouckaert. Dominiek neemt deeltijds loopbaanonderbreking en maakt van z’n hobby (passie is een beter woord) deels z’n beroep. Ik geeft toe dat de “misschien wel even goede handen” de lat meteen erg hoog legt, maar laat me zeggen dat ik daar het volste vertrouwen in heb.
Malts of Scotland bracht vorig jaar twee laagdrempelige standaardbottelingen uit, een geturfde en een niet-geturfde whisky, beide ideaal om als dagelijkse whisky aan te schaffen. De niet-geturfe kreeg de naam 


