Spring naar inhoud

Posts tagged ‘Malts of Scotland’

Strathisla 40y 1970, Malts of Scotland

Deze Strathisla is een gedeelde botteling van Malts of Scotland met The Whisky Agency, beschikbaar in Nederland maar spijtig genoeg niet in België. Zoals je op de foto kan zien, hebben ze hier ook geopteerd voor een andere presentatie. Mocht je ‘m in Nederland of Duitsland op de kop willen tikken, reken op een 300 euro.

 

Strathisla 40y 1970/2011, 59.6%, Malts of Scotland & The Whisky Agency, Sherry Hogshead, 109 bottles
Een typische oude sherryneus op veel gedroogde vruchten (rozijnen, pruimen, vijgen, dadels, abrikozen, de hele santeboetiek) en noten. Notenlikeur… o ja, enorm. En dan balsamico, ook niet ongewoon in dit profiel. Kruiden ontbreken evenmin op het appel. Eucalyptus, zoethout en kaneel. Tabak. Heerlijk gewoon! Stevig en mondvullend op hars, eik, zoethout, drop en okkernoten. Als tegengewicht voor de droge sensaties biedt hij zoet, gedroogd fruit en aarbeien. Maar het geheel blijft amper drinkbaar, ik heb zo’n vermoeden dat water wel eens nodig zou kunnen zijn. Op de neus komt dan de balsamico nog meer naar voor, maar het is vooral op de smaak dat water een meerwaarde betekent. Zoeter en vooral drinkbaarder, alhoewel het geheel toch behoorlijk droog blijft. De hars, het zoethout en de okkernoten blijven prominent aanwezig. Lange, drogende afdronk op bittere chocolade. Ik had ‘m op de neus op 90-91, maar de voor mij té droge smaak, ook met water, doet ‘m nog behoorlijk onder de negentig tuimelen. 87/100

Allt-A-Bhainne 18y 1992, Malts of Scotland

Allt-A-Bhainne is een typsiche blenderswhisky, echt veel single malts verschijnen er niet van. Malts of Scotland biedt dus een unieke gelegenheid om ook deze distilleerder te ontdekken. Dat kan je doen voor 79 euro.

 

Allt-A-Bhainne 18y 1992/2011, 56.1%, Malts of Scotland, Bourbon Hogshead #6, 273 bottles
Frisse neus op droog hooi, granenpap, eucalyptus, druivensap en abrikozen. Aarde. Licht alcoholisch. Met water iets zoeter (vanille). Romig op de tong, bitterzoet, waarbij het bittere op de duur wel de bovenhand haalt. Nootmuskaat en peper qua kruiden, eik en witte pompelmoes. Het zoete vertaalt zich in een zoete granigheid. Eau de vie van pruimen. Ja, de alcohol laat zich ook hier gelden. Lange, verwarmende afdronk op kruiden, hout en lichte rubber. Niet slecht, maar een grootse indruk laat hij evenwel niet na. 78/100
 

Maar wacht eens, misschien is dit wel één van de beste, of op z’n minst één van de betere Allt-A-Bhainne’s. De weinige single malts die er zijn, krijgen nooit hoge scores, zelden tachtig of meer. Ik proefde er tot op heden drie, één op een festival en die vond ik ronduit slecht, de tweede was de 1992 Scott’s Selection die me ook op geen enkel moment kon bekoren en nu dus deze, met stip de beste van de drie. Als je als whiskyliefhebber van elke distilleerderij een whisky wil hebben die representatief is voor de distilleerderij (wat ik op basis van drie whisky’s natuurlijk niet kan zeggen, maar deze lag qua profiel wel in het verlengde van de Scott’s Selection) en bij de betere ervan hoort, is dit misschien wel een ideale gelegenheid.
En stel nu dat als je als whiskyclub Cask Six zou heten, kan je toch moeilijk anders dan deze whisky op een tasting te zetten?

Billy Bragg & Macduff

Hoog tijd voor een streepje muziek, was weer veel te lang geleden. Billy Bragg (op bijgaande foto: Jeroen Moernaut binnen 20 jaar), dat is jeugdsentiment maar toch ook nog veel actueel luistergenot. Ik had zonet het wondermooie Way over Yonder in the Minor Key spelen dat hij samen met Wilco opnam, een recenter nummer. Maar ik grijp zeker even graag terug naar z’n ouder werk. Zoals Back to Basics wat ik nu afspeel, een verzamelalbum van z’n eerste drie platen, uit 1987. Man, we worden oud…

En Billy Bragg nog ouder, want hij werd geboren in 1957, als Steven William Bragg. Eerst speelde hij in een aantal bandjes waaronder het mede door hem opgerichte Riff Raff, om na z’n legerdienst solo als Billy Bragg te debuteren met Life’s a riot with spy vs. spy. Na zich bij John Peel (BCC) binnengewerkt te hebben, groeide z’n populariteit, benefietoptredens voor stakende mijnwerkers en andere sociale acties droegen hier nog verder toe bij.
Bragg trad meestal solo op, maar ook op z’n eerste albumopnames begeleidde hij zichzelf enkel op een (aftandse) gitaar. Op latere albums zoals het knappe Don’t Try This at Home werd hij echter begeleid door een band. Enkele jaren radiostilte – na vader te zijn geworden – luidde een nieuwe periode in. Hij wierp zich o.a. op het werk van Woody Guthrie en trad op met z’n nieuwe band The Blokes. Vanaf 2003 speelde hij weer meestal solo. Z’n laatste plaat uit 2008 kreeg de titel Mr Love & Justice mee.

Bragg’s muziekgenre laat zich niet eenvoudig omschrijven, hij is eigenlijk een genre op zich. De invloeden in z’n muziek komen zowel uit de folk als uit de punk. Zijn sociaal engagement vind je ook terug in z’n teksten. Deze zijn vaak maatschappij- en politiek-kritisch, hij schopt graag tegen de schenen van het establishment en vertegenwoordigers van het kapitaal. Laat ons zeggen dat hij zich perfect in z’n vel voelt als ‘working class hero’. Dit links engagement zorgde er trouwens voor dat Bragg één van de weinige artiesten was die tijdens de Koude Oorlog achter het Ijzeren Gordijn Gordijn kon optreden.
Billy Bragg’s bekendste nummers zijn waarschijnlijk Sexuality en A New England, dat nog gecoverd werd door Kirsty MacColl.
Toch wel een prachtige plaat die Back to Basics (Which Side Are You On, The Man In The Iron Mask, Island Of No Return, Between the Wars… klassiekers). En weet je wat ik ook prachtig vind, de nieuwe Macduff 1980 van Malts of Scotland. Samen met de twee Caperdonichs 1972 en de Glen Keith 1970 voor mij zowat de vaandeldrager van de nieuwe releases.

 

Macduff 30y 1980/2011, 54.1%, Malts of Scotland, Bourbon Hogshead #6707, 175 bottels
Njummie, die neus is goed! Sappig fruitig. Rijpe peren. Banaan. Ananas. Dat fruit vermengt zich met acaciahoning, geroosterde noten en geboend leder. Geroosterde granen ook, en toast. Pollen. Nat hout. Zéér mooie neus. Zachte, romige smaak die start op gestoofd fruit, mandarijn, verse vijgen en cake. Na enige tijd rozenbottel, rabarber en licht tropische smaken. Meloen. De ananas opnieuw. Zachte kruiden op de achtergrond en een beetje eik, maar ook dat achterliggend. Middellange, fruitige afdronk met nootmuskaat en zoethout. Zeer mooie Macduff. 139 euro. 89/100

Glen Ord 15y 1996, Malts of Scotland

Laat ons nog even terugkeren naar de laatste batch Malts of Scotland. Er staan er immers nog een aantal te blinken op m’n bureau. Eén daarvan is een Glen Ord 1996.
De whisky van Glen Ord is doorheen z’n geschiedenis onder meerdere namen gebotteld, o.a. als Ord, Glen Oran, Glen Ordie en natuurlijk Glen Ord zelve.

 

Glen Ord 15y 1996/2011, 53.3%, Malts of Scotland, Bourbon Hogshead #2171, 310 bottles
Heel mooie, frisse, prikkelende neus op grassige en fruitige tonen. Vers gemaaid gras, kruisbessen, harde appels (crispy), wat limoen in de verte. Kersen. Een beetje bijenwas en kaarsvet. Vanille en ook nog een klein beetje gember. Stevig, fris en olieachtig mondgevoel. Gebalanceerde zoete (vanille, honing), bittere (noten, stevige pompelmoes, kruiden) en zure (limoen) tonen. Eau de vie van allerlei vruchten. Eerder korte maar wel frisse afdronk op fruit, gember en peper. Misschien niet de meest complexe whisky, maar erg fris en clean. Ik vind dit lekker. En voor 59 euro een hele goede prijs/kwaliteitsverhouding voor deze single cask. 85/100

Tamdhu 20y 1990, Malts of Scotland

Tamdhu is een zeer recent gesloten distilleerderij, de productie werd vorig jaar stilgelegd. Tamdhu werd opgericht in 1896 door een blendersfirma maar kwam twee jaar later in handen van de Highland Distillers & Co., nog steeds de huidige eigenaars en vandaag onderdeel van de Edrington groep. Het is onduidelijk of de sluiting definitief is.

 

Tamdhu 20yo 1990/2011, 49.8%, Malts of Scotland, Sherry Butt #8119, 209 bottles
Romige, zoete sherryneus met zilte en vegetale aroma’s. Oxo. Geroosterde granen, kandij, kervel, eucalyptus, pruimencompot en dadels. Veel dadels. Ook op de smaak is het zoete wat eerst opvalt: de kandij(siroop), de gedroogde vruchten. Wat hout (getemperd), kruiden, noten, donkere chocolade… resulterend in een mooie bitterheid. Zilte drop. Best lange, bitterzoete afdronk. Lekkere whisky gemarkeerd door de sherry, vergezeld van een licht zilte toets. 84/100

Caperdonich 1972 extravaganza

Zo, u dacht dat het feest gedaan was? Wel, u heeft het mis. Ik heb m’n rijtje dan wel afgewerkt maar ik wil nog even terugkeren naar Caperdonich 1972. Vorige week proefde ik één van de twee Caperdonichs 1972 van Malts of Scotland, naast deze van The Whisky Agency. Dat moest beter kunnen, er ontbrak namelijk iets aan die setting. Vandaag proef ik dan ook beide Caperdonichs 1972 van Malts of Scotland, naast deze van The Whisky Agency. Voor de besprekingen van de eerste Malts of Scotland (cask 1144) en de TWA, verwijs ik graag naar de links hierboven, ik beschrijf deze challange vanuit het standpunt van die andere Malts of Scotland, vat 1145 op 52.4%.

 

Caperdonich 1972/2011, 52.4%, Malts of Scotland, Sherry Hogshead #1145, 76 bottles
Oké, dit zou een erg korte tastingnote kunnen worden: zie vat 1144 en doe er een punt bij. Euh, een punt bij? Dat is dan 95!? Awel ja, dit zou voor mij wel eens de beste Caperdonich ooit kunnen zijn. Het op een rijtje zetten van deze drie juweeltjes maakt in ieder geval duidelijk dat vat 1145 toch wel een lichtjes ander profiel heeft. Zoals in vorige note al aangehaald, vind ik de neus van 1144 een klein beetje beter dan deze van TWA, op de smaak had ik een lichte voorkeur voor TWA. De neus van deze (1145) ligt weliswaar in het verlengde van 1144 maar hij is ronder, voller en romiger. Misschien wat minder kruiden en wat meer zoet fruit (dezelfde soorten als bij de andere). Daarenboven is de waxyness (bijenwas) hier nog prominenter. Ook een florale toets is hier echt wel een extra. Als een fenomenaal lekkere Clynelish op sherryvat. En je weet hoe graag in al gewoon-lekkere Clynelish drink… Op de smaak is het scenario wat gelijkaardig. Het alcoholpercentage zal zeker meespelen, maar deze is gewoon perfect op de tong, daar waar 1144 een beetje water kon gebruiken. Ook hier is hij romig, vol en rond, zonder het minste scherp kantje. Veel fruit (allerlei confituren), kruiden (hier wel meer the herbal kind), honing, leder, en net als op de neus een enorme waxyness. Minder eik dan in beide protagonisten. Je zou kunnen stellen dat op de smaak de 1145 de 1144 is met een beetje water toegevoegd. De afdronk is bij de drie erg lang, hier minder drogend en romiger. Deze is veruit de toegankelijkste van de drie, en – maar niet noodzakelijk daarom – ook de beste voor mij. Uit de kunst. Maar 95!? Jawel, een score waarbij de hoogtevrees begint toe te slaan. 95 geef ik aan Ardbegs Provenance, aan Brora 30y 2004, aan Glenburgie 1966 G&M, aan Port Ellen 1970, héél uitzonderlijk misschien aan een Benriach…. Toch is deze score in mijn beleving en smaak perfect correct, hij kan écht wel zonder blozen naast die andere absolute toppers gaan staan. Waarmee de these nog eens ontkracht is – zie ook vorige post – dat je voor die absolute top per definitie naar oude legendarische bottelingen zou moeten grijpen. 94/100

Intermezzo: Caperdonich 1972, Malts of Scotland #1144

Na de lichtjes geniale Glen Keith proef ik een tweede Malts of Scotland die veelbelovend op m’n bureau stond te blinken, een Caperdonich 1972. Malts of Scotland brengt heden twee 1972’ers uit, ééntje op 52.4% en éénje op 57.4%. Caperdonich en 1972 zijn ‘a match made in heaven’. Maar beter doen dan de Glen Keith, dat is schier onmogelijk.

 

Caperdonich 38y 1972/2011, 57.4%, Malts of Scotland, Sherry Hogshead #1144, 98 bottles
Hu… onmogelijk? Djeezes, die is gewoon nog beter! De neus start even aromatisch als de Glen Keith maar deze gaat dieper, de sherry zorgt voor een extra laag, de complexiteit wordt naar ongekende hoogtes gekatapulteerd. Steady on Johan… Gho, waar beginnen? Met het fruit: perzik, abrikozen, kweepeer, gedroogde pruimen, vijgen. Dan de kruiden: kamille, linde, munt. Vervolgens het zoets: honing, fudge. Fruit, kruiden, zoets, dat had de Glen Keith ook. Maar hier gaat deze verder. Hij is ook erg waxy. Ik denk aan boenwas, oude meubels, geboend leder. Een beetje rook, van het hout neem ik aan. De sherry die nog voor die extra dimensie zorgt. Fenomenaal goede neus. Proeven nu. De whisky explodeert in de mond, mondvullend is een understatement hier, maar toch is hij zeer goed drinkbaar zonder water, alle sensaties barsten meteen open op je tong. En die sensaties zijn: fruit (gekookt fruit, abrikoos, pruimencompot), kruiden (nootmuskaat, kaneel, peper, zoethout), kandij, honing, eik, leder, bijenwas, pollen, noten,… Let op de puntjes. Complex is het woord. Het geheel is licht drogend, toch ook een beetje water proberen. De eik wordt met water wat naar de achtergrond verbannen, het fruit komt nog meer naar voor en de ‘spicy’ kruiden worden vervangen de ‘herbal’ variant. Lange, erg lange bitterzoete, licht drogende afdronk op honing, fruit en zoethout. Op de neus vind ik deze zelfs nog wat beter dan de botteling van The Whisky Agency, op de smaak wint deze laatse nipt het pleit. Zelfde topscore. 93/100

Ook deze kost een 190 euro, maar ook hier lijkt me haast geboden indien je nog een fles op de kop wil tikken.

Intermezzo: Glen Keith 1970, Malts of Scotland #6042

Vandaag en morgen maak ik graag tijd voor een zijsprongetje in het rijtje, nl. voor twee van de nieuwe Malts of Scotland bottelingen. Omdat ik toch in de sfeer van toppers wil blijven, is mijn keuze uit de nieuwe bottelingen nogal gericht, ik licht er immers een Glen Keith 1970 en een Caperdonich 1972 uit.

 

Glen Keith 40y 1970/2011, 47.9%, Malts of Scotland, Bourbon Hogshead #6042, 163 bottles
Ruiken: yeeha! Proeven: yeeha! Jawadde, dit is goed! En zo absoluut mijn ding… Enorm fruitige neus. Sappig, rijp fruit, onmogelijk om alle associaties te vangen. Zowel wit Europees fruit (ik denk aan perzik, peer en gele appels) als de meer tropische variant (lychee, ananas, mango), en telkens de meest sappige varianten. Het-sap-druipend-van-je-kin variant. Met je neus boven een kom superieure fruitsla. Vervolgens met je neus boven een aantal kruidenthees. Ijzerkruid, zoethout, linde… Wat honing in die thees. Nog iets anders zoets. Nougat? Vanillepudding. Gewoon fantastisch die neus. Ook op de tong roept het fruit het hardst om de aandacht, met de tropische variant die pas naar het einde de kop opsteekt. Veel ananas. Wat eik en pompelmoes geven het geheel een perfecte bitterheid. Net als een lichte kruidigheid. Kaneel. Op een warme appeltaart. Een klein beetje gember ook. De gekonfijte versie. Fruit, zoet en bitter perfect gebalanceerd. Lange, fruitige finish met diezelfde zalige bitterheid. Nu echt wel op pompelmoes, en het tropisch fruit dat zich niet weg laat drukken. Sublieme whisky. 93/100

190 euro kost deze veertigjarige whisky, maar als je een fles wil aanschaffen, zou ik daar niet al te lang mee wachten.

Laphroaig 12y 1998, Malts of Scotland

Laphroaig werd opgericht in 1815 door Donald Johnston, de zoon van de man die enkele jaren voordien Lagavulin bouwde. Bij de dood van Donald erfde diens zoon Dugald op elfjarige leeftijd de distilleerderij. Ik kreeg op 11 jaar een horloge als ik me niet vergis.

 

Laphroaig 12y 1998/2011, 59.6%, Malts of Scotland, cask 700272, bourbon hogshead, 152 bottles
Stevige rokerige neus met naast de (turf)rook redelijk wat teer, houtskool en lampolie. Vanille ook, net als zilt en zeewier. Daarna zet er zich een beetje citrusfruit door. Nieuw leder en lichte munt vervolledigen het plaatje. Deze Laphroaig is krachtig op de tong, scherp zelfs en erg rokerig, op het assige af. De rook gaat hier vergezeld van medicinale toetsen, zilt en vrij veel citroen. De schil van zure appels. Kandijsiroop misschien in de verte. In de verte. De smaak vind ik minder boeiend dan de neus, een beetje eentonig. Lange, rokerige afdronk met kruiden (peper vooral), zilt en ook hier (vrij veel) citrus. Een echte rechttoe rechtaan whisky, takes no prisoners zoals ze dat over de plas zeggen. 84/100

Glen Garioch 19y 1991, Malts of Scotland

De volgende Malts of Scotland is een Glen Garioch 1991, eentje die vorig jaar gebotteld werd, in juli, maar nu in België verkrijgbaar is.

 

Glen Garioch 19y 1991/2010, 50.1%, Malts of Scotland, cask 3175, bourbon hogshead, 142 bottles
Ik proefde deze samen (of beter naast) de Miltonduff en dan viel het meteen op dat deze een pak minder fris en fruitig is. Zoet is hij wel, vegetaal ook. Bieslook. Qua zoete associaties denk ik aan kandijsiroop en melkchocolade. Kokos (samen met de chocolade hebben we een Bounty), ananas in blik. Pina colada, juist ja. Misschien een klein beetje appel. Hij groeit wel. Steenkool, asfalt? Iets licht rokerigs. Ook op de smaak zit dat licht rokerige. Stevig en rond mondgevoel, kruidig. Zoethout, nootmuskaat, peper. In de fruitafdeling hebben we appels en groene banaan. Kandij, vanille en noten (amandelen) vervolledigen. Vrij bitter wel, met wat water wordt ie iets zoeter. Lange, bitterzoete afdronk, op noten, vrij veel eik, kandij en zelfs wat zilt. Geen slechte whisky, maar op de smaak blijft hij me wat te bitter om hoger te scoren. 83/100

Ardmore 18y 1992, Malts of Scotland

Met een productie van ongeveer 3 miljoen liter per jaar is Ardmore één van de grootste distilleerderijen van Schotland. Voor deze productie zorgen o.a. acht distilleerketels van 15000 liter. Het is ook één van de weinige die over een eigen ‘cooperage’ of kuiperij beschikt.

 

Ardmore 18y 1992/2010, 49.4%, Malts of Scotland, cask 5014, bourbon barrel, 185 bts.
Aangename neus met niet echt turfrook, maar eerder de geur van houtskool, roet, teer en rubber. Verbrand rubber, maar achterliggend, zeker niet storend. Gerookte hesp. Zilverpoets ook, mineralen… en dan zet het fruit zich door. Peren, appels (de schil) en kruisbessen. Toch ook een beetje cleane turf. Die turf komt trouwens meer naar de voorgrond met enkele druppels water. De (turf)rook is prominenter op de smaak en gaat vergezeld van vanille en vooral veel groene appel, zoet-zuur is de toon. Ook wel wat zilt, een beetje rubber en bosbessen. Zoethout op het einde en in de afdronk. Die afdronk is vrij lang, zoet en licht rokerig. Aangename whisky, best te genieten zonder water. 85/100

Televoting – het vervolg

Hieronder het vervolg van de Fulldram ‘Televoting Tasting’. De eerste twee whisky’s had ik al eens geproefd, maar dat vond ik niet erg, de andere twee waren nieuw voor mij.

 
Glen Elgin 31y 1975/2007, 46%, Berry’s Own Selection (Berry Bros.), casks 5167/5170
Erg fruitige neus op peer en witte perzik, honing en lychees uit blik. Niet echt complex te noemen maar vlot drinkbaar. Wat kruiden op het einde. Behoorlijk lange, fruitige en licht kruidige afdronk. Ik schreef vorige keer al ‘njammie’, dat kan ik hier alleen maar herhalen. 87/100
 
Glenlivet 37y 1972/2009, 56.8%, The Perfect Dram (TWA), 141 bts.
Mijn notes indertijd: Levendige, frisse neus. Ik heb zowel zoete tonen (vanille, zoethout), fruitige tonen (gestoofd fruit) en maltige (granen). Zachte houttoetsen erdoorheen. Na een tijdje bloemen ook. Mooie evolutie. Stevig op de tong met fruit uit de tuin, noten, wat hout en vers gemaaid gras. Beetje kruiden. Die kruidigheid komt terug in de licht drogende afdronk.
Die ‘mooie evolutie’ op de neus mag ‘prachtige evolutie’ worden, en het woord ‘complex’ mag toegevoegd worden. Echt een beauty. 90/100
 
Tomatin 34y 1976/2010, 51%, The Nectar of the Daily Drams, sherry butt
Dit was een whisky die moest groeien, wat misschien aan de line-up lag, het was ook niet evident om na de Glenlivet te komen. De neus van deze laatste was aromatischer, maar na enige tijd toonde ook deze zich een schitterende whisky. De start was dus wat gedempt, daarna riep het fruit om aandacht. Banaan, perzik, en ook een beetje tropische varianten. Veel honing, en herbal tonen. Fris. Op de smaak meer tropisch fruit, zeker naar het einde en in de afdronk. Gekookt fruit ook en meer kruiden dan op de neus. Misschien wat eik, maar op de achtergrond. Lange, fruitige (tropisch dus vooral) afdronk. Bij deze vond ik de smaak beter dan de neus, maar dat zegt meer over de geweldige smaak dan over die neus. In de eindrangschikking haalde deze het voor mij erg nipt van de Glenlivet. 91/100
 
Port Ellen 27y 1983/2010, 56%, Malts of Scotland, refill sherry, cask MoS66, 322 bottles
De neus van deze Port Ellen is erg clean en fris, zilt en zesty. De schil van citrusfruit. Mineralen. Zoethout. En turf natuurlijk, maar niet overweldigend. Wat medicinaal. Typisch zonder heel complex te zijn, en ook zoals wel vaker een erg inactief sherryvat. Ook op de smaak proeft dit niet als 27 jaar oude whisky. Prikkelend, zesty, rokerig, zilt… Noten? Citroen. Lange, rokerige en zilte afdronk. Erg lekkere, frisse, ‘jonge’ Port Ellen en vlotjes in mijn top drie van de avond. 90/100
 
De top drie van de groep was:

  1. Tomatin
  2. Glen Elgin
  3. Port Ellen

Miltonduff 30y 1980, Malts of Scotland

Vandaag proef ik een zustervat van de Miltonduff 1980 van A.D. Rattray die ik vorige zondag besprak, vat 12427, deze draagt het vatnummer 12429. Van de Rattray heb ik nog wat over, ideaal om te vergelijken dus.

 

Miltonduff 30y 1980/2011, 44.7%, Malts of Scotland, cask 12429, bourbon hogshead, 259 bottles
De neus start misschien wat gedempt, maar wel duidelijk fruitig, snel gevolgd door zoete tonen. Een zoete fruitigheid dus, met lichte frisse, kruidige toetsen. Munt, eucalyptus. Ik denk aan Vicks citroen, maar ook andere citroensnoepjes. Nog zoet fruit à la banaan, ananas en perzik, net zoals in de Rattray. Perzik op siroop. Honing… het geheel is iets zoeter dan bij vat 12427. Boterig ook, echte boter. Gezouten. Het grassige zit ook in deze neus, alhoewel hier misschien eerder gedroogd dan vers gemaaid gras. De smaak is meteen grassig, en fruitig. De schil van allerlei citrusvruchten, groene appels. Honing. Meer eik en kruiden dan op de neus, licht drogend. Geen water nodig, brengt niets bij. Droge, kruidige afdronk met wat hars, maar ook voldoende fruit. Op de neus is deze wat zoeter en zachter dan de Rattray, op de smaak is er zo goed als geen verschil. Ik heb een zeer lichte voorkeur voor deze, maar hij is wel wat duurder. 87/100

Inchgower 28y 1982, Malts of Scotland

De geschiedenis van Inchgower loopt samen met deze van Tonicheal distillery. Deze laatste werd omwille van een verdubbeling van de huurprijs herbouwd op een andere plaats in 1871 en hernoemd in Inchgower. In die jaren was Inchgower een modeldistilleerderij, met een eigen kuiperij, een eigen smidse en een eigen schrijnwerkerij.

 

Inchgower 28y 1982/2011, 57.2%, Malts of Scotland, cask 6969, bourbon hogshead, 212 bottles
De neus is stevig, alcoholisch, grassig en floraal. Eau de vie van pruimen, gedroogde bloemen, cider, appelschillen, dat zijn zo de zaken die me in eerste instantie te binnen schieten. Gezouten boter ook wel, net als citroenmelisse. Zelfs een vage rokerigheid op de achtergrond. Nogal scherp op de tong, kruiden en leder, wat sinaas. Toch maar water toevoegen. Met water blijven de kruiden domineren, ik heb peper, kruidnagel en curry. Hout ook, pompelmoesschil… het geheel is aangenaam bitter. Wat kandij zorgt voor een zoete toets. Vrij lange afdronk op eik en een beetje zilt. Een Inchgower die pas echt te genieten valt met een klein beetje water erbij. 86/100

Old Pulteney 12y 1998, Malts of Scotland

Old Pulteney, gelegen in Wick in de noordelijke Highlands, kom je niet zo heel vaak tegen in onafhankelijke bottelingen. Ik heb er althans nog niet veel gedronken. De naam van de distilleerderij verwijst naar een oud landgoed in het zuidelijk deel van de stad Wick, Pulteney Town.

 

Old Pulteney 12y 1998/2011, 52.5%, Malts of Scotland, cask 1217, bourbon hogshead, 301 bottles
De neus van deze Pulteney start lichtjes duf en stoffig. Karton. Droog karton. Wat kaarsvet, net als mos en varens. Vervolgens priemen er frissere tonen door: zowel coastal (zeewier, zilt, jodium) als fruitige (aardbeien, de schil van groene appels) aroma’s. Ginger Ale. Heeft wat lucht nodig om open te breken. Best stevig op de tong met vooreerst zout en zoethout, gevolgd door noten en vegetale tonen. Ik denk in eerste instantie aan peterselie en kervel. Yep, kervelsoep. Ook wat fruit, maar niet al te veel. Pompelmoes en appel. Het geheel is redelijk droog. Middellange afdronk, aangenaam bitter. Hout, thee, zilt en peper. Simpele, jonge maar verre van slechte Pulteney. 82/100

Laphroaig 20y 1990, Malts of Scotland

Tweede in de reeks nieuwe Malts of Scotland is een Laphroaig 1990. Laphroaig uit deze periode (eind jaren tachtig, begin jaren negentig) is over het algemeen erg complex en vooral bangelijk goed. De verwachtingen zijn dan ook hoog gespannen.

 

Laphroaig 20y 1990/2011, 52.6%, Malts of Scotland, cask 2229, bourbon hogshead, 178 bottles
Mmm, dit is heerlijk! Gerookte banaan! Banaan op de barbeque. En nu we daar beland zijn, ook geroosterd vlees. Een hammetje aan het spit. Wat treffen we daarnaast nog aan? Mineralen. Zilverpoets. Kaarsvet. Motorolie. Amandelen. Zeewier en zilt. Limoen. Lapsang Souchong thee. Dat blijft maar doorgaan… complex, delicaat en verschrikkelijk lekker! Water toevoegen maakt het geheel meer coastal. Oesters. Proeven nu. Big! Krachtig, droog, rond en complex. Vrij veel rook, zilt en peper, zoethout ook, citroenschil, ananas en gerookte heilbot. Wat munt, net als hazelnoten. Met water krijg ik meer rook en nat hooi, maar ook hier is dat water niet echt noodzakelijk. Lange, droge en zilte afdronk vergezeld van een zoete rokerigheid. Van het beste wat Laphroaig uit die periode te bieden heeft. En nu nog wat verder genieten van de geur van het lege glas! 91/100

Highland Park 24y 1986, Malts of Scotland

Ook Malts of Scotland brengt dezer dagen een reeks nieuwe bottelingen uit. En dat is gezien de opgebouwde reputatie van deze bottelaar altijd iets om naar uit te kijken. Binnen enkele dagen zullen de flessen beschikbaar zijn in de handel, vanaf vandaag laat ik de negen whisky’s hier hun verhaal doen, met af en toe een hemels zijsprongetje. Beginnen doen we met een Highland Park 1986.

 

Highland Park 24y 1986/2011, 50.7%, Malts of Scotland, cask 2296, bourbon hogshead, 234 bottles
Mooie neus met heel wat ‘tuin’ associaties. Gedroogd gras, natte bladeren, dennennaalden, eik. Honing (uiteraard zou ik bijna zeggen). Daarna zetten zich mineralige tonen door (natte stenen), gevolgd door fruit (banaan, kruisbessen, appels), om te eindigen met kruiden. Zoethout, eucalyptus. Een lichte waxyness ook. Allemaal erg clean en ‘natuurlijk’. En zéér genietbaar. Olieachtig en stevig mondgevoel. Fris en prikkelend, op grassige, fruitige (ananas, roze pompelmoes, kruisbes, kiwi) en kruidige (peper, zoethout, curry?) tonen. Eik en vanille vervolledigen. En het mineralige zit ook hier. Ah, hier op het einde krijgen we ook een beetje turf. Een klein beetje. Dat blijft wel wat hangen in de middellange afdronk, samen met de kruiden, zilt en citrus. Geen water nodig. Heerlijk op de neus, lekker op de tong. 87/100

Malts of Scotland & Handwritten label Redux

Wereldschokkend is het niet, in de vaart der volkeren is het het vermelden niet waard, maar in het Belgische whiskywereldje zullen toch wel enkele wenkbrauwen worden gefronst. Luc Timmermans heeft immers besloten te stoppen met het importeren van Malts of Scotland én met zijn handwritten label. Dit label heeft op korte tijd een stevige reputatie opgebouwd, een reputatie op basis van stuk voor stuk schitterende bottelingen.
Maar wat nu? Geen Malts of Scotland meer te krijgen in ons land? R.I.P. Handwritten Label? Geef toe, het zou even slikken zijn. Nee hoor, het goede nieuws is dat beide activiteiten vanaf volgende maand in andere en misschien wel even goede handen terecht komen, nl. in deze van Dominiek Bouckaert. Dominiek neemt deeltijds loopbaanonderbreking en maakt van z’n hobby (passie is een beter woord) deels z’n beroep. Ik geeft toe dat de “misschien wel even goede handen” de lat meteen erg hoog legt, maar laat me zeggen dat ik daar het volste vertrouwen in heb.
Dominiek, van harte veel succes met je nieuwe geestrijke activiteiten! En luc, de volgende uitdaging lonkt ongetwijfeld al om de hoek.

Glen Peat Class

Malts of Scotland bracht vorig jaar twee laagdrempelige standaardbottelingen uit, een geturfde en een niet-geturfde whisky, beide ideaal om als dagelijkse whisky aan te schaffen. De niet-geturfe kreeg de naam Glen First Class mee en is dus een vatting van meerdere vaten Glenfarclas. De geturfde botteling doopte men dan Glen Peat Class. Het is een vatting van 65% Ardbeg, 30% Laphroaig en 5% Bowmore, married by birth zoals men zegt, waarmee bedoeld wordt dat de jonge spirit samengevoegd werd en vermengd in dit geval nog zeventien jaar verder rijpte. Achtienjarige Ardbeg is trouwens zo goed als niet vast te krijgen en al zeker niet voor deze prijs (een 50 euro) te bottelen. Dit is dus best een unieke botteling, voor een scherpe prijs.

 
Glen Peat Class 18y, 50%, Malts of Scotland
Licht medicinale neus met de klassieke Islay elementen: turf, jodium, zilt, zeewier. Daardoorheen wat fruit (citrus), koffie en iets vegetaals. De geur van een bos in de herfst. Teer. Petrolium? Vaag misschien, en zeker niets mis mee. Alles mooi gebalanceerd. De smaak is redelijk vergelijkbaar. Zilt, turf, zeewier en zachte, lichte fruittoetsen. Praliné doemt op, pralines van donkere chocolade met parliné vulling. Of nee, Dessert 58! Mokka ook en naar het einde een lichte kruidigheid. Lange, romige afdronk op zoete en kruidige tonen. Lekkere en vooral vlot wegdrinkende Islay-whisky. 85/100

Auchentoshan 1999, Fulldram Xmas bottling

Laten we ons nog even in de Kerstsfeer wentelen. Onze club Fulldram bracht enkele dagen geleden een tweede botteling uit. Na de voor mij fantastische Littlemill 1990, kon het bestuur een bepaald vat in de kelders van Malts of Scotland niet laten liggen. Volgens de aanwezigen stak dit boven andere geproefde vaten uit en was de drang te onweerstaanbaar om deze whisky niet te bottelen. Zo gezegd zo gedaan, leidend tot de ‘Fulldram Xmas 2010 bottling’. Zaterdag nog onder de kerstboom, vandaag ontkurkt.

 

Auchentoshan 11y 1999/2010, 56.4%, Malts of Scotland, Fulldram Xmas bottling, oloroso hogshead #2412, 186 bottles
Ruiken aan de fles geeft aan dat dit een heerlijk zoete whisky is. Stroperig zoet. Ik schreef meteen appel- en perenstroop (Sirop de Liège) op, kandijsiroop, en gekonfijt fruit. Ook rozijnen op rum mogen niet onvermeld blijven. Maar laat ons de whisky toch maar in een glas gieten, dat gaat eens zo makkelijk drinken (en ik moet toch ook aan de beeldvorming naar mevrouw Onversneden toe denken). In het glas komt er bij dat zoete een zeer aangename zurigheid. Balsamico. Oude balsamico, high-end. Het fruit gaat nu richting gedroogd fruit (vijgen, dadels) vergezeld van noten en daarna doemt een frisse bries op in de vorm van munt en eucalyptus. Nice. Very nice. Ook op de smaak is de aanzet zoet en ook hier heb ik gekonfijt fruit. En cake… juist ja, Christmas cake. Na enige tijd komen de noten er bij, gevolgd door een portie hout en kruiden. Kruidnagel, kaneel, nootmuskaat. Niet erg complex, wel lekker. Op de tong is hij droger dan de neus deed vermoeden, maar het zoete houdt het geheel toch mooi in balans. Lange, bitterzoete afdronk. Zalige sloeberwhisky! 89/100