Spring naar inhoud

Posts tagged ‘15yo’

Old Pulteney 15y 1997/2011, G&M for ALS-liga

Onafhankelijke Pulteney, dat kom je niet zo vaak tegen. En toch viel de keuze voor deze botteling voor de ALS liga op een Old Pulteney. ALS is een zeldzame maar wrede neurologische ziekte. Weet dat van de 65 euro die je voor deze whisky betaalt, er 4 naar de liga gaat. Meer motivatie heb je toch niet nodig? Of toch? Wel, je krijgt er een Glencairn blendersglas bij. Nog niet overtuigd? Shame on you, maar als het kan helpen, hij is nog lekker ook. Erg lekker.
Te koop via de website van The Bonding Dram of bij De Clercq in Lochristi.

 

Old Pulteney 15y 1997/2012, 57%, Gordon & MacPhail for ALS-liga, first fill bourbon barrel #1199, 224 bottles
Sobere, cleane neus. Alles behalve exuberant, maar dat vinden we niet erg. Groene harde appels, een lichte granigheid, amandelen en zilt vallen op, met daarachter aardse tonen: natte aarde, wortels, gevallen bladeren. Zeer genietbaar. Pas na enige tijd zorgt vanille voor wat zoets. Mooie evolutie. Ronde, volle smaak op vanille, appels, perzik en zilt, snel gevolgd door heel wat kruiden: zoethout, peper, gember. Hazelnoten. Iets van één of andere eau-de-vie. Pruimen? Mmm, kersen misschien. Is dat daar turf dat op het eind om de hoek komt kijken? Ik denk het. Lekker in ieder geval. Middellange afdronk, zoet en zout. Cleane, gebalanceerde whisky. Mooie selectie vind ik dit, en alhoewel ik al wel eens betere Pulteney heb gedronken (Pulteney op actief – let wel, actief – sherryvat, moet je zeker ’s naar op zoek gaan), zowaar de hoogst scorende Pulteney op deze pagina’s. 87/100

Clynelish 15y 1997, The Whiskyman Classic Label

The Whiskyman, ook gekend onder de naam Dominiek Bouckaert, heeft een tweede label gelanceerd, het zogenaamde Classic Label. Dus naast het gekende kleurrijke label, is er nu een… eh, klassieker label. Mooi, retro en clean, vormgegeven door Ruben Luyten. Onder dit label zullen whisky’s gebotteld worden met een sterke prijs/kwaliteit verhouding, ofte lekkere whisky voor een scherpe prijs. Zo kost deze Clynelish 1997 ongeveer 60 euro.

 

Clynelish 15y 1997/2012, 53.5%, The Whiskyman, Classic Label, refill sherry hogshead, 90 bottles
Zachte, romige neus die pas enige tijd z’n geheimen prijs geeft. En die geheimen zijn zoet, fruitig, mineralig en waxy. Laat ons met het zoete beginnen: kandijsuiker, honing en nougat. Dan het fruit: citroen (harde citroensnoepjes), pompelmoes en gele appels. Mineralen? Daarbij denk ik aan nat gras en natte keien. En dan natuurlijk de onvermijdelijke bijenwas, samen met wat kaarsvet. Olie ook. Lijnzaad. En okkernoten. Onderliggend altijd een lichte zoete granigheid. Ook de smaak is romig, boterig. Grassig en waxy. Nat hooi (klein beetje ‘farmy’) en kaarsvet vallen hier op. Het (citrus)fruit, vooral in de vorm van pompelmoes, maakt het geheel aangenaam bitter. Kandijsuiker en vanille counteren, waardoor de balans bitter-zoet perfect zit. Opnieuw de gele appels (het heeft iets van cider). Kruiden mag ik niet vergeten: peper en gember bijvoorbeeld. Nogal springerig wel, niet echt rond. Middellange afdronk, zoet en zesty (schil van pompelmoes), en hier voor het eerst een beetje zilt. Nog niet zo aromatisch en rond als oudere Clynelishes (denk 1989 of 1982), maar 1997 lijkt me stilaan wel een vintage om in het oog te houden. 88/100

Clynelish 15y 1995, A. Dewar Rattray

Ook A. Dewar Rattray brengt deze dagen een hele reeks nieuwe bottelingen op de markt. Gedurende de komende weken zal je hier dan ook regematig een fles besproken zien. Beginnen doe ik redelijk gericht met een Clynelish 1995.

 

Clynelish 15y 1995/2011, 55.3%, A. Dewar Rattray, sherry butt #8657 (part), 330 bottles
Mooie, elegante sherryneus op gekarameliseerde appeltjes uit de oven, warme aardbeienconfituur, ananas in blik, koffie, melkchodolade en vanillepudding. Daarna krijg ik kruiden: peper, curry, tandoori. En daaronder nat hooi, en ook de obligate bijenwas ontbreekt niet. Met water groeit de was en krijgt het geheel zelfs iets licht farmy. Mondvullend en prikkelend op de tong. De eerste associaties die in me opkomen zijn eau de vie (inderdaad wel wat alcoholish), sinaas, honing, hooi, gezouten boter en zoethout. Mosterd ook. Eik, noten en een beetje hars maken het wat drogend. Hier niet veel was meer te bespeuren. Toch wat scherp en droog in de mond, wat je met een beetje water onder controle krijgt, meer fruit en honing. Lange, drogende afdronk op sinaas en zilt. Lekkere whisky met een erg aangename neus. 85/100

Breekbaarheid

Vandaag een avondje in het teken van breekbaarheid. De derde symfonie van Górecki en Glenlivet 15y 1954 Baretto import, muziek en whisky die voor elkaar gemaakt lijken te zijn, die perfect in elkaars verlengde liggen en waarvan de breekbaarheid door de andere nog wordt versterkt.

Henryk Mikolaj Górecki zoals de man voluit heette, was een Pools componist en stierf eind vorig jaar op 77 jarige leeftijd. Het was een zonderling die door z’n eerder eenvoudige muzikale taal (zo gebruikte hij vaak repetitieve structuren) toch een groot publiek wist te bereiken. Een jaar na z’n debuut in 1958 ging z’n eerste symfonie in première, maar het was wachten tot de jaren zestig op internationale prijzen en waardering. De echte doorbraak kwam er in 1976 met de symfonie nr. 3 voor sopraan en groot orkest, een werk dat ‘Symfonie der treurliederen’ gedoopt werd en waarvan de opname een groot verkoopsucces werd. In 2010 vond de wereldpremière plaats van z’n vierde symfonie, die hij wegens ziekte niet meer kon voltooien. Doorheen z’n leven werd de invloed van traditionele Poolse muziek ook alsmaar belangrijker.
De Britse band Lamb heeft trouwens een nummer getiteld Gorecki, als eerbetoon aan de componist.

De derde symfonie vind ik ondanks z’n populariteit en het feit dat ik ‘m al zo vaak beluisterde nog altijd één van de mooiste stukken muziek die in de 20e eeuw geschreven zijn. De tekst in de eerste beweging is een 15e eeuwse klaagzang, in het tweede deel zijn het inscripties van een gevangene in de muur van een Gestapo-cel, in het derde deel is het een traditioneel Silezisch lied over een moeder die op zoek gaat naar haar zoon die gedood werd in de Silezische opstanden. Je merkt het, vrolijkheid troef. Vooral deze derde en laatste beweging, Lento – Cantabile-semplice… prachtig! En zo breekbaar.

En als ik dan naar een passende begeleidende whisky zoek, kom ik uit bij dat oude profiel dat je vindt bij vooroorlogse whisky en ook soms bij whisky gedistilleerd in de jaren veertig en vijftig. Een erg delicaat en ja, breekbaar profiel. De Glenlivet 15y 1954 Baretto import blijkt daar een typevoorbeeld van te zijn. Het is de derde maal dat ik ‘m proef, maar het is pas nu dat ik het gevoel heb hem (deels) te vatten. Bedankt voor de sample Dominiek!

 

Glenlivet 15y 1954, 45.7%, OB +/- 1969, Baretto Import, Milano
Oh man, wat een geweldige neus is dit! Zo elegant en groots, van een exquise klasse. Beschrijven wordt moeilijk. Ik noteer, en dit in willekeurige volgorde: sinaasconfituur, aangebrande toast, geboend leder, pollen, geroosterde noten, natte bladeren die beginnen te rotten (off note? Hèhè, je moest de smile op m’n gezicht eens zien), sappige eik, vanille, braambessen, dadels, en zo kan ik nog even doorgaan. High-end balsamico mag ik niet vergeten. En lichte turfrook. Vreselijk complex. Weet je waar hij me wat aan doet denken? Aan oude, maar dan echt oude Madeira. En iedereen die al oude Madeira heeft geproefd weet hoe goed dat kan zijn. Romig, nee smeuïg op de tong. Een beetje stoffig, maar dat maakt zeer snel plaats voor al even zalige aroma’s als op de neus. Voor een groot stuk ook dezelfde aroma’s. De balsamico, de bramen, de geroosterde noten, de dadels (echt opvallend die dadels), de was, de zachte rook. Op de smaak niet zozeer vanille, eerder zachte karamel. Praliné ook nog. Pralines van de beste chocolatiers. Alles zijdezacht, subtiel en elegant. Erg lange, zoete afdronk die me ook hier aan oude Madeira doet denken. Uniek profiel, en zo verschrikkelijk lekker! 95/100

Highland Park 15y

Tijdens een wel zeer vorstelijke ontvangst vorige maand op Highland Park kregen we onder andere de 15y te proeven. Het toeval wil dat ik hiervan nog een kletsje heb staan. In deze 15y zit een groter aandeel first fill vaten (30%) dan in de 12y (20%). Hij bevat ook meer whisky uit vaten van Amerikaanse eik dan de 12y. Geen idee echter wat de verhouding Amerikaanse/Europese eik is.

 

Highland Park 15y, 43%, OB 2011
Op de neus naast de verwachte honing en heide veel citrus (limoen en citroen) en een heel klein beetje rook. Ook wat karamel en licht florale tonen (bloemen, naast de heide). Een hint van zilt. Hint, klein beetje, licht, wat… zoals je merkt is alles wel erg licht, het geheel mist duidelijk body. Op de zachte smaak opnieuw de citrus, de honing, de lichte rook en de heide, hier vergezeld van een zoete kruidigheid. Chocolade ook, granen en hooi. Licht drogend. Middellange, droge afdronk met terugkerende citrus. Toch wel een ander profiel en niet in lijn met de 12y en de 18y, waarschijnlijk door de andere verhouding in type hout. En zeker niet de beste uit de standaard range, dit zou zelfs de minste kunnen zijn. Ik herinner me in ieder geval dat ik zowel de 12 (licht) als de 18 (veel) beter vond. Over de 25, 30 en 40 zwijgen we dan. 79/100

West Coast Whisky Battle

Maandagavond was het verzamelen blazen in zaal De Blauwe Schuit voor een tasting van onze club Fulldram onder de noemer West Coast Whisky Battle. De dames Jenny Karlsson en Paulina Kwiatkowska, brand ambassadors van respectievelijk Springbank en Arran, kruisten de degens in een vriendschappelijk doch gedreven tweestrijd om de gunst van het publiek. De namen van beiden klinken niet echt Schots, Jenny is van Zweede afkomst, Paulina van Poolse. Schotse roots hebben is niet echt een vereiste voor de job, er gelden in het wereldje duidelijk andere criteria. Als lelijke Schotse vent maak je volgens mij zo goed als geen kans om het tot brand ambassador (of sales representative of regional sales manager of hoe ze het ook noemen) te schoppen. Soit, hieronder een kort verslag. De begeleidende info over beide distilleerderijen laat ik gemakshalve achterwege.

 

De eerste ‘battle’ was deze tussen de Arran 14y, 46%, OB 2010 en de Springbank 15y, 46%, OB 2011. Die Arran kende ik al, de Springbank nog niet. Voor mij, en ook voor de groep was de Arran de winnaar. Ik vind dit een erg lekkere, volle en voldragen whisky. De Springbank, die voor 100% op sherryvaten rijpte, is ook best genietbaar, maar minder complex en een beetje saai. Licht fruitig (citrus vooral) en mineralig op de neus met zachte turf en wat teer. Op de smaak wat meer kruiden.
 
Arran 14y, OB 2010 85/100
Springbank 15y, 46%, OB 2011 82/100
 
 
De tweede battle ging tussen de Arran ‘Sleeping Warrior’ 10y 2000/2011, 54.9%, OB, 6000 bottles en de Longrow 14y, 56.2%, OB 2011 for The Nectar Belgium. De naam Sleeping Warrior verwijst naar de hoogste berg van het eiland Arran, met wat goede wil – of een halve fles Arran achter de kiezen – herken je in het silhouet van deze berg een slapende krijger. De whisky in deze botteling werd gedistilleerd in 2000 en rijpte zowel op bourbon-, sherry als rode wijnvaten. De wijn heeft hier in ieder geval z’n werk gedaan, je ruikt de wijn, net als Turks fruit en zoethout. Wordt hoe langer hoe zoeter (gekonfijte kersen). Stevig op de tong, ook hier vooral zoet met een licht bittere ondertoon. Kruiden. Ben hier absoluut niet wild van, maar water maakt het geheel wel wat beter (meer fruit). De Longrow vertoont de verwachte zachte en olieachtige turf, granen, vanille, citrus, aarde en een licht florale toets, hooi en heide. Vlot drinkbaar en ondanks het alcoholpercentage zacht op de tong. Lichte rook, sinaas, kruiden, een beetje zilt en vanille. Lange afdronk, rokerig en kruidig. Zéér lekkere whisky, die deze battle dan ook won. Afgetekend.
 
Arran ‘Sleeping Warrior’ 78/100
Longrow 14y for The Nectar 89/100
 
 
Vervolgens werden de Arran Single Cask 14y 1996/2011, 52%, OB, sherry cask #2034, 272 bottles en de Hazelburn 12y, 46%, OB 2011 tegenover elkaar gezet. Die Arran vond ik erg lekker (smeuïg zoet met associaties van marsepein, amandelen, appelmoes en opgelegde peren, licht mineralig en wat waxy, rijk en romig mondgevoel met meer kruiden dan op de neus), de Hazelburn viel me tegen (clean en grassig – gaande van versgemaaid tot stro – plus wat aarde, noten en lichte rubber, maar vooral saai, zeker minder dan de 2009 batch). Ook hier dus een duidelijke winnaar.
 
Arran Single Sherry Cask 1996 89/100
Hazelburn 12y 2011 76/100
 
 
Tot slot kregen we de Arran Single Cask 5y 2005/2011, 55%, OB bottled for the 5th anniversary of The Nectar, Belgium, bourbon cask 124, 254 bottles te drinken naast de Kilkerran Work in Progress III, 46%, OB 2011, Glengyle Distillery. Bijzonder aan de Arran is dat deze whisky licht geturfd is, de gebruikte malt had 14 p.p.m. (deeltjes per miljoen) turf. De neus ervan is clean op zoete tonen (vanille), fruit (appels en peren), gedroogd gras, heide en lichte turf in de verte. De smaak is zoet, fruitig (wit fruit opnieuw) en kruidig met de turf die ver op de achtergrond blijft. De Kilkerran (klassiek, dus tweemaal gedistilleerd) zou ongeveer 7 jaar oud zijn, 60% rijpte op bourbonvaten, 40% op sherryvaten. Ook hier veel wit fruit, maar meer olieachtige tonen en noten. Kaneel. Op de smaak vrij mineralig ook, licht ziltig en wat waxy. Niet slecht en zeker beter dan de eerste WIP. Hier was het een stuk spannender, met een nipte winst voor de Arran, ook voor mij.
 
Arran Single Cask 2005 for The Nectar 86/100
Kilkerran WIP III 85/100
 
Dat resulteerde dus in een 3-1 stand ten voordele van Arran.
 

Nog twee Glen Mhors

Ik had hier nog twee staaltjes staan van oude Glen Mhors. Weliswaar niet zo oud als de Charles MacKinlay van zaterdag, maar toch. Beide werden door Gordon & MacPhail gebotteld. Ik proefde ze gisteren naast elkaar.

 

Glen Mhor 13y 1974, 58.4%, G&M for Sestante, White label with green and gold letters, 75cl
De neus is clean, fris (zelfs na meer dan twintig jaar op fles), mineralig en grassig. Natte stenen, vers gemaaid gras, natte aarde. Leder ook en een klein beetje citrus. Water toevoegen accentueert het grassige nog meer, en voegt noten en groene thee toe. Eigenlijk helemaal niet slecht deze neus. Op de tong is deze whisky zonder water weinig toegankelijk, alcoholisch en scherp. Maar met water is hij erg genietbaar. Dan krijg je fruit, meer dan op de neus, noten en vooral veel kruiden. Peper, gember, en hoe langer hoe meer tuinkruiden. Dille, rozemarijn, tijm… Heel lichte rook ook. De afdronk is lang, zeer lang zelfs, licht drogend en vooral erg kruidig. Bijzondere whisky, en zeker met water ook best lekker. 86/100
 
 

Glen Mhor 15y, 40%, Gordon & MacPhail +/- 1985, 75cl
Erg donker van kleur, dat wordt een sherrymonstertje. En inderdaad, veel eik op de neus, maar met genoeg zoete toetsen erdoorheen. Zelfs wat tropisch fruit, heel licht weliswaar. Ook wat hars en granen. En redelijk wat kruiden. Peterselie, kervel, dille. In de verte wat tabak. De smaak is voor z’n alcoholpercentage best krachtig en eerder droog. Toch ook wat zoet (karamel, maar ook wat vanille), fruitig (banaan) en kruidig. Verwarmende afdronk, stevig en droog. Niet echt complex en misschien wat te droog op de tong, maar voor de rest niets mis mee. 83/100

Caperdonich 1995, A.D. Rattray

Ik heb tot op heden enkel nog maar Caperdonich 1968 of 1972 besproken, je zou haast vergeten dat deze distilleerderij tot 2002 actief was en er dus heel wat meer Caperdonich is dan deze twee vintages.

 

Caperdonich 15y 1995/2011, 60.4%, A.D. Rattray, bourbon cask 95052, 82 bottles
De neus start een beetje bizar op een aantal geroosterde en zelfs verbrande associaties. (Iets te hard) geroosterde noten, aangebakken aardappelen, verbrand hout… geblakerd bourbonvat? Deze associaties laten zich echter vrij snel wegdrukken door heel wat frissere aroma’s. Peer, meloen, aardbei, zelfs wat jodium (zeelucht). Zo zie je maar, je hoeft niet aan de kust te liggen om ‘coastal’ aroma’s in je whisky te krijgen. Een klein beetje rook ook op de achtergrond. Caperdonich heeft in de jaren negentig meermaals geëxperimenteerd met geturfde runs, misschien dat de leidingen niet helemaal uitgekuisd waren voor deze run. 60.4%… op de neus merkte ik dat niet zo, op de smaak daarentegen! Brandt zich een weg naar je maag. Al wel wat fruit, maar dat komt pas goed naar voor met meerdere druppels water. Peer, meloen, vergezeld van honing en noten (marsepein). En ook hier een klein beetje zilt. Op de neus verandert water niet zo veel, dat verbrande blijft licht aanwezig. Middellange afdronk. Moeilijk om te scoren. Los van die licht storende start, is dit best aangename whisky, maar op de smaak heeft hij water nodig. 82/100

Macallan 1995, A.D. Rattray

A.D. Rattray, de Schotse bottelaar die in 1868 opgericht werd door de heren Andrew Dewar en William Rattray, brengt heden weer enkele nieuwe bottelingen op de markt. Vandaag proef ik een Macallan 1995, gedurende de komende weken volgt de rest, waaronder een distilleerderij die hier nog nooit aan bod gekomen is.

 

Macallan 15y 1995/2011, 46%, A.D. Rattray, bourbon cask #11251, 334 bottles
Frisse, prikkelende neus. Veel Europees fruit à la appels, peren en witte perziken. Bloesems, een beetje gedroogd gras, honing en Ginger Ale. Een hint van witbier. Erg fris dus allemaal. Ook aangenaam om drinken. Clean, zoet en fruitig. De appel, de peer, de perzik, de honing. Hier zorgen kruiden voor wat extra complexiteit. Vanille heb ik nog, net als wat eik. Fijne eik. Easy drinking. De afdronk is eerder kort maar lekker. Kruiden en fruit voeren hier de toon aan. Dit is een veel beter alternatief voor zowat gans de officiële Fine Oak reeks. En als het in augustus nu ook nog wat zou willen zomeren, een ideale zomer/terrasdram. 84/100

Longrow 1987

Hoog tijd dat ik eens Longrow 1987 bespreek. 1987 was een uitzonderlijk goed jaar voor Longrow (ook gekend als de geturfde Springbank), in die mate dat Silvano Samaroli besloot de resterende stock op te kopen. Eind jaren negentig, begin jaren 2000 zijn dan ook verschillende Longrows 1987 onder het Samaroli label gebotteld. Alle zijn erg goed, sommige – zoals de 1987/1999 handwritten label ‘to celebrate 2000’ – waanzinnig goed. Ik proef de 1987/2002 cask 115.

 

Longrow 1987/2002, 55%, Samaroli, cask 115, 312 bottles
O ja, dit is zeer mooie turf. Rond, zacht, zoet en complex. Ik denk aan die harde fruitsnoepjes (vooral die met aardbeismaak) en suikerspin, naast zilt en zeewier, zonnebloemolie, rijpe sinaas, een beetje teer en na enige tijd een heerlijke kruidigheid. Dille, rozemarijn. Lapsang Souchong thee niet te vergeten. Krachtig maar niets scherps. Stevig, romig en olieachtig mondgevoel, ook hier op zoete turf, romige karamel (bijna boterig), Frosties, eik, zilt, kruiden… Gekonfijte gember, en niet zo’n klein beetje. Lange afdronk op zoete turf, wat eik en zilt. Prachtig! 91/100

 
En ook deze:

Longrow 14y 1990/2004, 57.8%, SMWS 114.4 ‘A Para Handy Tales’, 624 bottles
Stevige Longrow met veel turf, zilt en minerale tonen. De geur na een zomerse regenbui. Op de neus komt daar citrusfruit bij (limoen, sinaas) en wat kruiden. Diezelfde kruiden vergezellen de turf en het zilt op de smaak. Een zalige bitterheid ook. Stevig (dat is een understatement), mondvullend en licht drogend mondgevoel. Erg lekkere Longrow, maar niet voor watjes. 88/100

Connemara 15y 1992 for Guy Boyen

Guy Boyen… een man waar menig Belgisch whiskyliefhebber met enige weemoed aan terugdenkt. Een man met niet alleen een grote passie voor whisky, maar een grote passie voor het leven an sich. Ondertussen een kleine drie jaar geleden, maar vooral veel te vroeg van ons heengegaan. Desalniettemin blij hem gekend te hebben, drink ik deze Connemara – die hij nog zelf geselecteerd heeft voor zijn Tasttoe – op z’n nagedachtenis.

 
Connemara 15y 1992/2008, 58.5%, OB selected by Guy Boyen, cask K92/34 4188, 137 bottles
Stevige, volle en complexe whisky. Zoet en kruidig op neus en smaak, met erg lekkere zoete en farmy turf. Op de neus komt er wat fruit bij, op de tong ook veel zoethout, zoet en zout/kruidig. Ik heb de smaak van zowel zoete als zoute drop. En ook hier (een beetje) fruit als extraatje. Erg romig, bijna boterig mondgevoel. Eén van de beste… nee, dé beste Connemara die ik al dronk. Guy wist hoe het kaf van het koren te scheiden, laat dat duidelijk zijn. 89/100

Glen Ord 15y 1996, Malts of Scotland

Laat ons nog even terugkeren naar de laatste batch Malts of Scotland. Er staan er immers nog een aantal te blinken op m’n bureau. Eén daarvan is een Glen Ord 1996.
De whisky van Glen Ord is doorheen z’n geschiedenis onder meerdere namen gebotteld, o.a. als Ord, Glen Oran, Glen Ordie en natuurlijk Glen Ord zelve.

 

Glen Ord 15y 1996/2011, 53.3%, Malts of Scotland, Bourbon Hogshead #2171, 310 bottles
Heel mooie, frisse, prikkelende neus op grassige en fruitige tonen. Vers gemaaid gras, kruisbessen, harde appels (crispy), wat limoen in de verte. Kersen. Een beetje bijenwas en kaarsvet. Vanille en ook nog een klein beetje gember. Stevig, fris en olieachtig mondgevoel. Gebalanceerde zoete (vanille, honing), bittere (noten, stevige pompelmoes, kruiden) en zure (limoen) tonen. Eau de vie van allerlei vruchten. Eerder korte maar wel frisse afdronk op fruit, gember en peper. Misschien niet de meest complexe whisky, maar erg fris en clean. Ik vind dit lekker. En voor 59 euro een hele goede prijs/kwaliteitsverhouding voor deze single cask. 85/100

Caol Ila 15y, bronze metallic jug, mid 1980’s

Laat ons na het Malts of Scotland geweld terugkeren naar mijn rijtje feestwhisky’s. Vandaag een sample van Max Rigi, notoir Italiaans whiskyliefhebber en verzamelaar. De whisky komt uit een leuk kruikje.

 

Caol Ila 15y, 43%, OB Bulloch Lade & Co bottled mid 1980’s, 75cl, bronze metallic jug
Pfiew, weer zo’n zalige neus. Deze vermengt Islay elementen met heerlijke, zachte sherrytonen. Smeuïge turf, zeewier, zilt (beetje maar), zoethout, tijm, dille, sinaas, abrikoos, okkernoten, amandelnoten, antiekshop, balsamicocrème… Ik denk eerder aan Fino dan aan Oloroso. Geweldig aangenaam om ruiken in ieder geval. Al even zacht in de mond, de start is vrij licht maar hij wordt steviger in het midden en op het eind. Qua associaties denk ik aan wit fruit, noten, koffie, rabarbertaart, rum, kruiden, zilt en turfrook. Lange afdronk die me opnieuw wat aan rum doet denken. Licht geturfde en wat zilte rum dan wel. Complexe en erg geconcentreerde oude Caol Ila. Zou het aan het metalen kruikje liggen? Bij keramieken kruikjes is het immers vaak het tegendeel (risico op platte, vlakke whisky). 93/100

Tobermory 15y

In z’n 187-jarig bestaan (oprichting 1823) heeft de productie bij Tobermory exact honderd jaar stilgelegen, van 1837 tot 1978, van 1928 tot 1972 en van 1975 tot 1990. Tobermory is vandaag eigendom van Burn Stewart, die ook Bunnahabhain en Deanston in portefeuille heeft.

 

Tobermory 15y, 46.3%, OB 2010
Lichte sherrytonen in de neus: gedroogde abrikozen, noten, peterselie (vegetaal) en zelfs een klein beetje sulfer. Oké, een heel klein beetje. Gestoofd fruit ook, het maken van confituur. Aardbeienconfituur that is. Vers gemaaid gras ontwaar ik ook nog. De smaak is vol en rond, start zoet met naast het gedroogde fruit van de neus ook wit fruit à la appels en peren. Het vegetale opnieuw (peterselie, kervel), naast best wat kruiden (zoethout, gember, nootmuskaat), mokka, tabak en chocolade. Middellange, licht drogende en vooral kruidige afdronk. Correcte, aangename whisky waar ik evenwel niet echt warm van word. 81/100

Bruichladdich 15y Samaroli ‘Mayflower ‘80’

Bon, tijd voor een klepper. En daar mag de heer Samaroli nog eens voor zorgen. Ik heb hier een stenen kruikje staan met daarin Bruichladdich die minstens vijftien jaar oud was toen hij in 1980 gebotteld werd, whisky van de eerste helft van de jaren zestig dus. Met kruiken is het altijd opletten geblazen, die zijn immers niet altijd even luchtdicht, maar bij deze blijkt er wat dat betreft geen enkel probleem te zijn.

 

Bruichladdich 15y ‘Mayflower ’80’, 43%, Samaroli 1980, ceramic decanter, 1000 bottles
O ja, dit zit snor. Dit zit meer dan snor. Heerlijke, subtiele, zoete sherryneus. High-end balsamico is het eerste waar ik aan denk, perensiroop ook, oxo, peterselie, oud leder, geboend leder, oude boeken… yep, we evolueren richting antiekshop. Wijlen mijn grootvader lurkend aan z’n pijp (het is dus die pijp eerder dan mijn grootvader an sich die ik hier wens te evoceren). Wat waxy tonen mag ik niet vergeten te vermelden, net als een lichte rokerigheid die het allemaal nog wat complexer en vooral lekkerder (nóg lekkerder) maakt. Genieten in overdrive. In de mond is hij zacht, vol en romig. Mooie, zijdezachte sherry (zoals ik het prefereer – watje, I know) met maar een klein beetje hout en kruiden, voor de rest blijft hij doorgaan op het subtiele zoete, stroperige. Donkere chocolade die je dipt in koffie en die dan verder smelt op je tong (kwijl kwijl), rozijnen op rum, pruimenkompot… De balsamico zit ook hier, net als het leder en de turf die zich ergens op de achtergrond blijft manifesteren. Smullen! Lange afdronk die het bittere en het zoete perfect in evenwicht weet te houden. Een zalig en uniek profiel. 93/100

Ledaig 15y 1972, MacNab revived by Full Proof

De Ledaig die ik vandaag proef, werd gedistilleerd in december 1972 en gebotteld in april 1988. Het label vermeldt verder dat deze whisky nieuw leven werd ingeblazen door Full Proof. Nader onderzoek wijst uit dat deze whisky inderdaad eerst een ander leven leidde als de Ledaig 15y van MacNab. Een resterend deel van de stock werd later door Full Proof herlabeld.

 
Ledaig 15y 1972/1988, 43%, MacNab, revived by Full Proof, 228 bts.
Lekkere, subtiele en complexe neus die rokerig en medicinaal start en dan overgaat in aangename zoete tonen. Honing, chocolade, mokka, praliné. Iets subtiels zurigs ook. Yoghurt? Sinaas. Lichtjes waxy. Aarde, planten, dat zeker ook. En lichte ‘boerderij’ associaties (farmy that is). De smaak is stevig, mondvullend en vooral lekker. Rokerig (turfrook), kruidig (nootmuskaat, zoethout, gember?) en ook fruitig (de sinaas opnieuw). Droger naar het einde. Hier eerder bittere chocolade, op de neus melkchocolade. Lange, zoet-rokerige afdronk met ook kruiden die mee om de aandacht dingen. Zalige whisky! 91/100

Twee Glenfarclassen

Voor mij staan samples van de recentste batches van vier officiële Glenfarclas bottelingen: de 15y, de 21y, de 25y en de 40y. Deze laatste is een nieuwe leeftijd en eentje die ik enkele maanden geleden al proefde en waar ik behoorlijk weg van was. Vandaag kraak ik de 15-jarige en de 21-jarige.
Glenfarclas is één van de weinige Schotse distilleerderijen die nog volledig in familiale handen is, nl. sedert 1865 in deze van de familie Grant. De huidige eigenaar, John Grant, vertegenwoordigt de vijfde generatie Grants.

 

Glenfarclas 15y, 46%, OB 2010
Ja, dit blijft toch wel een dijk van een whisky. Prijs/kwaliteit nog steeds een aanrader. Lekkere, zachte en romige sherry, zoet en fruitig. Gestoofd fruit, gedroogd fruit. Bijenwas, heel subtiele rook (van het hout waarschijnlijk). Het mondgevoel is stevig en smeuïg. Middellange, bitterzoete afdronk. Ideale daily dram. 85/100

 

Glenfarclas 21y, 43%, OB 2010
Zachte neus op vanille-fudge, zoete appels, wat banaan en noten. Wat rook van het hout. De smaak is vol en geeft zoete sherrytonen, vanille, granen en noten. Licht zoete en maltige afdronk. Wel, dit is zeker niet slecht, maar ik vind de 15y beter, die is wat expressiever. Dus waarom meer betalen voor de 21y? 83/100

Drie Bowmore’s

Ik heb hier nog wat Bowmore staan. Twee recente officiële bottelingen, de Legend en de 21y 1988 port cask matured, en de 1995 Malts of Scotland ‘Clubs’ voor het Lindores Whisky Fest. Laat me met deze laatste beginnen.
En dan staat er hier nog een ander geweldig aanlokkelijk sampletje met ‘Bowmore’ op het etiket… die zal ik voor morgen bewaren.

 

Bowmore 15y 1995/2010, 57.8%, Malts of Scotland ‘Clubs’ for Lindores Whisky Society, PX Sherry cask #112, 225 bottles
Zeer mooi gerijpte whisky, de geturfde spirit heeft zich perfect verweven met de sherry. Eerst krijg je de zoete sherry, vergezeld van veel fruit, pas daarna komt de turf opzetten. Op de smaak zit de turf meer vooraan, samen met de fruitige sherrytonen. Qua fruit noteer ik rijpe sinaas en mandarijn, passievrucht en ananas. De PX geeft het geheel een stroperige zoetigheid. Heel lekker! Een lichte kruidigheid en wat zilt maken het plaatje af. Lange, zoet-fruitige afdronk. Smullen! 89/100

 

Bowmore 21y 1988, 51.5%, OB 2009, port cask matured
Deze 21-jarige Bowmore, gedistilleerd op 10 maart 1988, rijpte op ruby portovaten en dat merk je. Hij is erg zoet op gestoofd fruit (aarbeien, pruimen), kersen, melkchocolade, hout, wat zilt en zeewier, en zachte turf. Ook de wat vettige smaak is in eerste instantie zoet. Ik heb associaties van honing, kandij, cake, marsepein, sinaas en orangettes, gevolgd door pruimen, bloesems, zilt, turf, gember en peper. Complex that is. Middellange, warme afdronk met zachte turf en gestoofd fruit. Erg lekkere, boeiende en complexe Bowmore. 89/100

 

Bowmore Legend, 40%, OB 2010
Rokerig en ziltig op de neus. Daarnaast heb ik nog wat zeewier en een beetje citrus. Subtiel, om niet te zeggen vaag. Mmm, ik ook wat rubber en benzine. Niets om over naar huis te schrijven. Op de tong is hij vrij droog en moet het hebben van turf, zilt, wat kruiden, citrus en hooi. Alles vrij licht, mist body. De afdronk is snel weg, op peper en zout. Honing? Niet slecht maar ook niet echt lekker te noemen. 75/100

Bowmore 15y 1994, Murray McDavid

Deze whisky vermeldt op het label: Refill Sherry enhanced in Chateau Petrus casks. Klinkt alvast chique en veelbelovend.

 

Bowmore 15y 1994/2010, 50.1% , Murray McDavid Mission, 696 bts.
Cleane neus op zilt, iodium, zeewier (coastal dus), de schil van appelsienen, oud leder, een beetje tabak, turf natuurlijk, vanille, veel zoethout en wat peper. Aangename en vrij complexe neus. Op de tong is hij dik en romig, de smaak start zoet-kruidig. Peperkoek. Daarna krijg ik wat fruit (roze pompelmoes, mango) en het zilt van de neus. Zoute drop. Zachte rook. Lange afdronk in het verlengde van de smaak. Erg aangename whisky. 85/100

Longmorn 15y

De Longmorn 15 is de voorganger van de huidige 16. Ik heb de 15 altijd graag gedronken, iets wat bij de 16 toch wel minder het geval is.

 

Longmorn 15y, 45%, OB 2005
Lekkere levendige neus op fruit en bloemen. Appels en appelbloesems. Perzik. Daarnaast heb ik karamel, een beetje graan, amandel en vanille. Zeer speels allemaal. De smaak is olieachtig en zoet op tonen van fruit, kandijsuiker, rozijnen, gras, munt en peper. Lichte sherryinvloed. De afdronk is niet echt lang te noemen maar is aangenaam bitterzoet op kaneel, gember en noten. Toch een stuk beter dan de nieuwe 16y. 85/100