Spring naar inhoud

Posts tagged ‘Thierry Segers’

Thierry Segers en andere

Jullie weten ondertussen dat ik graag eens een muzikaal zijsprongetje maak. Vandaag doe ik dat in de vorm van de persoon in titel. Thierry Segers, dat is wat mij het meest is bijgebleven van de Fulldram whiskykwis in Leuven maandag jongstleden. Het is de naam (waar het eigenlijk een begrip zou moeten zijn – ik durf zelfs een concept te vermoeden) van de man die voorheen door het leven ging als Thierry Vankerrebroek. Maar als eerbetoon aan z’n grote voorbeeld Yves Segers (bekend van de klassieker ‘Ik schreeuw het van de daken’), heeft hij zich de naam van deze levende legende eigen gemaakt. Ik zou in verschillende paragrafen kunnen uitweiden over de levensloop van deze artiest, maar waarom zou ik dat doen als Thierry het zelf zo veel beter kan. Lees dus hier meer over dit in mijn ogen zwaar miskend talent.

 

Maar genoeg ernst, Thierry Segers was dus het antwoord op één van de vragen uit de voor de rest leutige whiskykwis. Deze kwis werd door ons aller Peter vakkundig in elkaar gebokst en op onnavolgbare wijze gepresenteerd. En aangezien Peter enkel diende bijgestaan te worden door een bevallige (nu ja) assistente, kon de rest van het bestuur deelnemen. De vragen waren nogal, eh, divers. Vlaamse zangers kwamen aan bod, dat had u al begrepen, maar ook plaatsen in Schotland, bekende figuren uit de whiskywereld en daarbuiten, ontbrekende distilleerderijen in een alfabetisch rijtje en dergelijke meer.

Tijdens de kwis werden zeven whisky’s geschonken. Bedoeling was telkens het alcoholpercentage, leeftijd en vattype te raden en er op het einde de twee koppels (tweemaal twee whisky’s van dezelfde distilleerderij) uit te halen. Elke ploeg zou na de kwis beloond worden met een flesje bier, gaande van een Orval met vervaldatum ergens in 2008 voor de laatste ploeg tot de Cuvée Delphine van de Struise Brouwers voor de ploeg die eerste zou eindigen.

De whisky’s die geschonken werden:

  • Vintage Choice 10y ‘Speyside blended malt’, 40%, OB +/-2010
  • Miltonduff 30y 1980/2011, 44.5%, A. Dewar Rattray bourbon cask #12427, 240 bottles
  • Ledaig 2005/2010, 62.7% Berry Bros & Rudd, sherry butt #900008
  • Tomatin 33y 1976/2010, 51.6%, Duncan Taylor Rare Auld, cask 6816, 264 bottles
  • Dailuaine 27y 1983/2011, 50%, Asta Morris, refill sherry hogshead AM004, 248 bottles
  • Tomatin 34y 1976/2011, 51.3%, The Whisky Agency ‘Grotesque Crocs’, refill sherry butt, 309 bottles
  • Ledaig 12y 1998/2010, 61.8%, Malts of Scotland, sherry butt #800025, 256 bottles

 
Resulterend in volgende top drie:

  1. Tomatin 34y 1976 TWA
  2. Tomatin 33y 1976 DT
  3. Ledaig 12y 1998 MoS

Niet helemaal mijn top drie, maar die wordt in de loop van de komende dagen wel duidelijk. De whisky die derde eindigde, was de Ledaig 1998 van Malts of Scotland. Dankzij het hoogste bod nam ik de rest van de fles mee naar huis en proef ik ‘m nog een tweede keer. Mijn bevindingen hieronder. Beide Tomatins bespreek ik samplegewijze binnenkort.

Welke ploeg uiteindelijk tot winnaar van de kwis werd uitgeroepen, is van geen tel, het ging immers puur om het plezier. Wel een dikke pluim aan de Struise Brouwers, hun Cuvée Delphine is werkelijk voortreffelijk.

 

Ledaig 12y 1998/2010, 61.8%, Malts of Scotland, sherry butt #800025, 256 bottles
Ha, de balans tussen de turf en de sherry zit goed, mooi zo. Eigenlijk moet ik zeggen de balans tussen de turf, de sherry en het zilt. Dit is echt ‘coastal’, kustig, of zoiets. Zout en zeewier. De turf is zoals wel vaker bij jonge Ledaig mineralig van aard. Minder clean echter dan deze op bourbonvaten of dan jongere op sherryvaten, waar de sherry dus minder z’n stempel op gedrukt heeft. Maar ik vind het prima zo. Nu zijn het leder, tabak, tamari (natuurlijk gefermenteerde sojasaus), dadels en rozijnen die de dienst uitmaken. Aarde ook nog. Complex. Deze neus kan perfect doorgaan voor deze van een Port Ellen 1982/1983 op sherryvat. No kidding. Krachtig maar goed drinkbaar, op dezelfde hoofdtonen als de geur: zilte, rokerige en sherry-aroma’s. Meer bepaald zoethout, eik, bloedappelsien, leder, teer, medicinale turf, tabak, rozijnen, pruimencompot, stroperige karamel en zo kan ik nog even doorgaan. Complex, ook op de smaak dus. Water maakt het geheel zoeter maar is ondanks de 62% niet nodig. Erg lange afdronk, zoet, zilt en rokerig met wat peper erdoorheen. Prachtige whisky die ik blind een pak ouder zou schatten en waar de sherry perfect z’n werk heeft gedaan, niet te weinig maar ook niet te veel. Dat vat moest geen jaren meer blijven liggen. 91/100