Spring naar inhoud

Archief voor

The Asta Morris sessions: Glenburgie 1997

Asta Morris, het label van Bert Bruyneel, begint stilaan wat bekendheid te genieten in onze contreien. Een zeer lekkere Glenlivet 1977, een schitterende Benriach 1978 en een absoluut indrukwekkende Benriach 1975 hebben Asta Morris op korte tijd niet enkel in de markt gezet maar ook al een bepaalde reputatie bezorgd. Een reputatie die natuurlijk snel om zeep geholpen kan worden met enkele zwakke bottelingen. De lat en de verwachtingen heeft Bert met z’n eerste vaten dus best hoog gelegd. Ik bespreek vandaag, morgen en overmorgen twee spiksplinternieuwe Asta Morris selecties én als toetje de Benriach 1978 die ik al een paar keer geproefd had maar nog niet besproken. Starten doe ik dus met de Glenburgie 1997, te koop voor 59 euro.

 

Glenburgie 1997/2011, 57.6%, Gordon & MacPhail Exclusive for Asta Morris, bourbon cask 8551, 212 bottles
Pfiew, geweldig aromatische geur, barst meteen open in je neus. De eerste sensaties zijn deze van wit fruit (zoete appels en peer), vanille, honing en kaneel. Maar als je hem wat tijd geeft, evolueert hij verder en krijg je als beloning voor je geduld ook nog gekonfijt fruit, nougat en gekonfijte gember. Dan ook wat kaarsvet en lijnzaadolie. Ik meende te moeten opmerken dat de neus weliswaar erg lekker maar niet al te complex was, ik diende die mening dus na een tijdje te herzien. Het mondgevoel is stevig en romig, de smaak clean, zoet en fruitig. Vanille, rode appels, kruisbessen. Met een andere whisky te proeven en dan terug te keren naar deze whisky maakte ik de associatie met Calvados. Dan ook kruiden (peper en gember). En cake. Je ruikt en neemt een aantal zaken waar, je proeft en neemt een aantal zaken waar, je ruikt terug en ruikt weer andere zaken, je proeft nog ’s en opnieuw merk je andere dingen op. Knappe evolutie, mooie gelaagdheid. Best lange, verwarmende, zoete en kruidige afdronk. Tja, Glenburgie 1997, dat was nu niet direct een whisky waar ik veel van verwachtte. Zo zie je maar, in elke warehouse, in elke rij vaten, zit ergens wel een juweeltje verborgen. De kunst is dat vat te vinden en voor de neus van andere belangstellenden weg te kapen. En zo geschiedde. 89/100

Goud!

Een kort berichtje tussen de reviews door: naast een resem andere prijzen (twee gouden, één zilveren en één bronzen medaille, én de grote winnaar in de categorie Island non-Islay) heeft Malts of Scotland nog een derde gouden medaille in de wacht gesleept, ééntje die mij toch wel erg dierbaar is: goud voor de, nee, voor ONZE Auchentoshan 1999 Xmas bottling (Malts of Scotland for Fulldram).
Alle winnaars en medailles vind je hier.

Littlemill 20y 1990, First Cask

Vandaag dus de andere van het koppel Littlemills die ik gisteren proefde. De Platinum Selection vond ik best te pruimen, maar deze, ja, deze is beter. Is trouwens een zustervat van onze Fulldram botteling. Nu ja, bijna-zustervat.
Littlemill is één van de vele ondertussen verdwenen Lowland distilleerijen. Het sloot z’n deuren in 1992 en brandde later helemaal af.

 

Littlemill 20y 1990/2010, 56.2%, Whisky Import Nederland, First Cask, bourbon barrel #726, 225 bottles
Deze is expressiever op de neus, prikkelender en levendiger, exact wat ik van Littlemill 1990 verwacht. Ook fruitig, maar frisser, sappiger. Vooral wit fruit (appel, peer en perzik). Gras, bloemen (de geur van een wandeling door de weide, inclusief de boterbloemen), vanille en een beetje eik. Heerlijk! Ah, ook wat kruiden komen om de hoek kijken. Op de smaak ging ik op zoek naar dat beetje rook dat je wel vaker in Littlemill 1990 terugvindt, en inderdaad, een klein beetje. Maar het is vooral het fruit dat de eerste viool speelt. Daarna komen de eik en de kruiden opzetten. Best wat eik eigenlijk. Witte pompelmoes ook, wordt licht bitter. Lange, bitterzoete afdronk. Zalige neus, maar net geen negentig punten omwille van het iets te bittere op de smaak en in de afdronk. Let wel, iets. 89/100

Littlemill 19y 1990, Douglas Laing Platinum Selection

Littlemill 1989, 1990 of 1991 stelt me zelden teleur. Onlangs dronk ik nog een geweldige botteling voor Falster (Denemarken), als ik me niet vergis was dat een 1991. Daarnet proefde ik twee 1990’ers naast elkaar, ééntje van Douglas Laing en ééntje van First Cask. Hieronder alvast mijn bevindingen van de Douglas Laing, morgen deze van de First Cask.

 

Littlemill 19y 1990/2009, 55.4%, Douglas Laing Old & Rare Platinum Selection, 333 bottles
Warme, zachte, zoete en fruitige neus, iets of wat onderdrukt (toch in vergelijking met de First Cask), met associaties van sinaas, perzik, appel en abrikoos. Abrikozencompote, warme appeltaart (met kaneel). Een beetje eik ook, kamille, cake en kandijsiroop. Licht waxy. En al even licht mineralig. Olieachtig mondgevoel, en vooral zoet van smaak. Harde fruitsnoepjes, zoete granen, karamel. Zoet fruit (perzik, sinaas). En hier stevig wat kruiden (peper, gember en zoethout), net als wat eik. Een klein beetje rook van het hout. Zoete, kruidige afdronk met wat sinaas ertussendoor. Het vattype staat niet vermeld op het label, maar het zou me niet verbazen als dit een refill sherry is. Whatever, ik vind dit lekkere whisky, alhoewel ik meerdere Littlemills uit deze periode heb gedronken die beter zijn. 86/100